110.00.18 Kaderovereenkomst inzake de samenwerking tussen het Ministerie van Economische Zaken en het Ministerie van Financien bij de uitvoering van wettelijke maatregelen op het terrein van het Ministerie van Economische Zaken
5 Bijlage 4 bij de kaderovereenkomst van 28 juni 2005 tussen het Ministerie van Economische Zaken en het Ministerie van Financiën
DE SAMENWERKING INZAKE DE HANDEL IN BEPAALDE GOEDEREN DIE GEBRUIKT ZOUDEN KUNNEN WORDEN VOOR DE DOODSTRAF, FOLTERING OF ANDERE WREDE, ONMENSELIJKE BEHANDELING OF BESTRAFFING
Het betreft de samenwerking tussen (in alfabetische volgorde):
-
de Belastingdienst/Douane (hierna Douane);
-
de directie Internationale Marktordening en Handelspolitiek van het ministerie van Economische zaken, Landbouw en Innovatie (hierna: EL&I);
|
|
|
De volgende regelgeving is van belang: Communautaire bepalingen: Verordening (EG) nr. 1236/2005 van de Raad van de Europese Unie van 27 juni 2005 met betrekking tot de handel in bepaalde goederen die gebruikt zouden kunnen worden voor de doodstraf, foltering of andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing (hierna: de Verordening). Nationale bepalingen:
|
|
De Verordening verbiedt de invoer (elke binnenkomst) in en uitvoer (elk vertrek) uit het douanegebied van de Gemeenschap van goederen, welke zijn vermeld in bijlage II van de Verordening. Daarnaast legt de verordening een vergunningplicht op voor de uitvoer van de goederen, welke zijn vermeld in bijlage III van de verordening. |
|
|
|
Taak Douane De Douane houdt (generiek) toezicht op de in- en uitvoer van onder de Verordening vallende goederen, verleent ontheffingen van het in- en uitvoerverbod en geeft vergunningen af namens EL&I. Alle aanvragen voor ontheffingen of vergunningen worden voorgelegd aan EL&I. Het toezicht op de in- en uitvoer omvat de controle op de aanwezigheid en juistheid van de vergunningen. De bevindingen daarbij kunnen aanleiding geven tot fysieke controle van de goederen. Taak EL&I Beslist over aanvragen voor ontheffingen en vergunningen. Neemt een besluit over de vervolghandeling bij het constateren van een overtreding. |
|
Douane De Douane ontleent haar controlebevoegdheden aan de Adw. Bij het constateren van een strafbaar feit maakt de Douane gebruik van haar opsporingsbevoegdheden op grond van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar Belastingdienst/Douane. De Douane gebruikt zijn opsporingsbevoegdheid uitsluitend voor de uitvoering van zijn handhavingstaken, zoals het opmaken van een proces verbaal en het in beslag nemen van goederen. CDIU De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie heeft de Belastingdienst/Douane kantoor Groningen/ team Centrale Dienst In- en Uitvoer (hierna: CDIU) gemandateerd als bevoegde autoriteit, in de mandaatregeling die is vastgelegd in het Besluit van de Minister van Economische Zaken van 7 juni 2010, nr. WJZ/10084819, houdende regels inzake mandaat en machtiging inzake in- en uitvoer 2010. Hierin is mandaat verleend voor het nemen van besluiten en verrichten van handelingen die verband houden met het verlenen van vergunningen o.a. op grond van het Algemene Douanebesluit. De vergunningen voor foltergoederen zijn gebaseerd op de Algemene Douaneregeling die zijn grondslag vindt in het Algemene Douanebesluit. |
|
|
|
De Douane maakt bij haar handhavingstaken gebruik van uiteenlopende vormen van toezicht. Voor de taak van deze bijlage kunnen relevant zijn:
Uitgangspunt voor het douanetoezicht is risicomanagement. Dit houdt in dat de Douane zich met name richt op de risicovolle goederenzendingen en bedrijven. Bij de taak van deze bijlage kunnen risico’s op overtreding van de genoemde regelgeving aan de orde zijn. De Douane voert het toezicht op de taak uit deze bijlage met name uit in het generieke toezicht. De Douane voert het toezicht uit binnen het kader van het Communautaire Douanewetboek en de Adw. Handhavingscommunicatie en voorlichting met betrekking tot de onderhavige taak is primair de verantwoordelijkheid van EL&I. |
|
Als de Douane bij de uitvoering van haar toezicht een vermoedelijke inbreuk constateert of vermoedt op de Verordening, wordt geen toestemming verleend om de goederen de aangegeven bestemming te laten volgen. Er wordt als volgt gehandeld:
|
|
De CDIU:
De CDIU schakelt het douanelaboratorium in als een analyse van goederen of van technische informatie vereist is. |
|
In het handboek VGEM, onderdeel Folterwerktuigen, is beschreven hoe de Douane uitvoering geeft aan deze taak. Het voorschrift wordt ter beoordeling en goedkeuring voorgelegd aan de directie Internationale Marktordening en Handelspolitiek. Dat gebeurt ook bij een relevante wijziging of herziening van het voorschrift. |
|
|
|
Jaarlijks stelt de Douane de omvang van het verwachte toezicht vast voor de taak van deze bijlage en verwerkt deze in het overkoepelende Handhavingsplan Douane. Als gelet op de totaliteit van douanetaken in dit plan en de daarbinnen te stellen prioriteiten wordt verwacht dat de handhavingsinspanning voor folterwerktuigen niet of niet volledig kan worden uitgevoerd, wordt dit besproken met EL&I. |
|
De Douane en EL&I bespreken periodiek de samenwerking. Dit heeft tot doel na te gaan of de afspraken in deze bijlage nog actueel en toereikend zijn. |
|
|
|
De Douane gaat de betrouwbaarheid na van bedrijven - die met de Douane afspraken willen maken in het kader van Horizontaal toezicht Douane of - die een certificaat hebben aangevraagd in het kader van de regeling Geautoriseerde Marktdeelnemer/Authorised Economic Operator (AEO) als bedoeld in artikel 14bis Verordening 2454/93. De Douane consulteert EL&I over bedrijven die mogelijk handelen in bepaalde goederen die gebruikt kunnen worden voor de doodstraf, foltering of andere wrede, onmenselijke behandeling of bestraffing. Wanneer EL&I relevante gegevens over deze bedrijven heeft die een beletsel kunnen vormen voor het aangaan van afspraken dan wel de afgifte van het AEO-certificaat deelt zij dit mee aan het Landelijk centrum AEO (hierna: LCAEO) van de Douane. Het LCAEO koppelt aan EL&I terug wat met de gegevens is gedaan en of afspraken tot stand zijn gekomen dan wel of het certificaat is verleend. |
|
De Douane
EL&I
|
|
|
|
De Douane is verantwoordelijk voor de inzet van gekwalificeerd personeel voor de uitvoering van de taken die voortvloeien uit deze bijlage. EL&I levert steun bij de opleiding van douanemedewerkers op het gebied van folterwerktuigen. |
|
Binnen de Douane vervult de CDIU de primaire helpdeskfunctie voor de medewerkers. Zo nodig raadpleegt de CDIU EL&I. |
|
|
|
Tenminste één keer per jaar vindt overleg plaats tussen EL&I en de Douane over de handhaving en het toezicht op in- en uitvoer op folterwerktuigen en het functioneren van de samenwerking volgens deze bijlage. |
|
Ministerie van Economische zaken, Landbouw en Innovatie: De directie Internationale Marktordening en Handelspolitiek Douane: Landelijk kantoor; team Handhavingsregie, convenantbeheer |
.. …… 2011 |
.. …….. 2011 |
Namens de Minister van Economische zaken, Landbouw en Innovatie, |
Namens de Directeur-Generaal Belastingdienst, |
Plv. Directeur Internationale Marktordening en Handelspolitiek, De heer drs. R.E. van Hell |
Directeur Vaktechniek en Internationaal Douane, De heer H.A.M. Maas RA |