24.00.00 Douanevrijstellingen
18 Proefdieren en biologische of chemische stoffen voor wetenschappelijk onderzoek
In dit hoofdstuk vindt u aanwijzingen voor het gebruik van de vrijstelling bij het brengen in het vrije verkeer van proefdieren en biologische of chemische stoffen die zijn bestemd voor wetenschappelijk onderzoek.
Naar boven18.1 Wettelijke basis
De vrijstelling van invoerrecht is voorzien in Verordening (EG) nr. 1186/2009 (Titel II, Hoofdstuk XII, artikel 53). De vrijstelling is verder uitgewerkt in Verordening (EEG) nr. 2288/83.
De vrijstellingen van omzetbelasting en accijns zijn voorzien in artikel 7:23 van de Algemene douaneregeling. De vrijstelling van omzetbelasting is gebaseerd op artikel 36 van Richtlijn nr. 2009/132/EG
Naar boven18.2 Reikwijdte vrijstelling invoerrecht
De vrijstelling van invoerrecht heeft betrekking op:
-
speciaal voor laboratoriumgebruik gefokte of geprepareerde dieren;
-
biologische of chemische stoffen die zijn bestemd voor niet-commerciële doeleinden.
(artikel 53, lid 1, Verordening (EG) nr. 1186/2009)
Naar boven18.3 Gefokte of geprepareerde dieren
Onder "gefokte of geprepareerde dieren" wordt verstaan dieren die speciaal zijn gefokt of geprepareerd en worden gebruikt voor het uitvoeren van proeven of tests in het kader van wetenschappelijk onderzoek.
Dieren die het meest hiervoor worden gebruikt zijn muizen, ratten, cavia's, kikkers, konijnen en apen. De dieren zijn veelal
door gespecialiseerde instellingen gefokt of geprepareerd.
(artikel 53, lid 1, onder a, Verordening (EG) nr. 1186/2009)
18.4 Biologische of chemische stoffen
In geval van biologische of chemische stoffen kan de vrijstelling slechts worden verleend als de stoffen uitsluitend of in hoofdzaak zijn geschikt voor wetenschappelijk onderzoek. Dit blijkt vaak uit de samenstelling of zuiverheidsgraad. Er mogen geen gelijkwaardige stoffen in het douanegebied van de Unie worden geproduceerd. De biologische of chemische stoffen zijn opgenomen in de bijlage bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 80/2012. (artikel 53, lid 1, onder a, en lid 3, Verordening (EG) nr. 1186/2009, artikel 1 en bijlage Uitvoeringsverordening (EU) nr. 80/2012)
Naar boven18.5 Wetenschappelijk onderzoek
Onder "wetenschappelijk onderzoek" moet worden verstaan experimenten en observaties voor de verbetering van de kennis op alle gebieden van de wetenschap. Daaronder kan worden verstaan wetenschappelijk onderzoek dat ten doel heeft de kennis te vergroten zonder dat naar een praktische toepassing van de resultaten van het onderzoek wordt gestreefd, of wetenschappelijk onderzoek met het oog op praktische toepassing mits met dat onderzoek een algemeen belang wordt gediend.
Naar boven18.6 Niet commerciële doeleinden
Voor het verlenen van de vrijstelling is de voorwaarde gesteld dat de biologische of chemische stoffen in het vrije verkeer
worden gebracht voor wetenschappelijk onderzoek of onderwijs zonder commerciële doeleinden. Hieronder wordt verstaan wetenschappelijk
onderzoek of onderwijs zonder winstoogmerk.
(artikel 53, lid 2, onder b, Verordening (EG) nr. 1186/2009)
18.7 Instellingen
De vrijstelling kan slechts worden verleend aan:
-
openbare instellingen of instellingen van openbaar nut waarvan de voornaamste bezigheid is het onderwijs of wetenschappelijk onderzoek en diensten die ressorteren onder een openbare instelling of een instelling van openbaar nut waarvan de voornaamste bezigheid is het onderwijs of wetenschappelijk onderzoek;
-
particuliere instellingen waarvan de voornaamste bezigheid is het onderwijs of wetenschappelijk onderzoek die de douaneautoriteiten van de lidstaat waar zij zijn gevestigd toestemming hebben verleend de goederen met vrijstelling te verwerven.
(artikel 53, lid 2, Verordening (EG) nr. 1186/2009)
Naar boven18.8 Openbare of aangewezen instellingen
Openbaar
Onder "openbare instellingen of instellingen van openbaar nut en de daaronder ressorterende diensten" wordt in dit verband verstaan alle instellingen van rijk, provincie en gemeente, waarvan de voornaamste bezigheid is het onderwijs of het wetenschappelijk onderzoek. Daaronder worden begrepen alle inrichtingen voor openbaar of bijzonder onderwijs, waar volledig dag- en/of avondonderwijs wordt gegeven voor een algemene en/of beroepsopleiding.
Hiertoe behoren niet:
-
inrichtingen die door al dan niet bij overeenkomst gevestigde commerciële, financiële of andere betrekkingen zijn verbonden met bedrijven of instituten, en waarvan de doelstelling is om personen op te leiden voor een functie in die bedrijven of instituten;
-
instituten waar cursussen worden gegeven die van de deelnemers niet meer dan enkele lesuren per week vergen (zoals autorijlessen, computer- en typecursussen).
(artikel 53, lid 2, onder a, Verordening (EG) nr. 1186/2009)
Aangewezen
Particuliere instellingen die de goederen met vrijstelling kunnen betrekken komen slechts daarvoor in aanmerking voor zover
de voornaamste bezigheid het onderwijs of het wetenschappelijk onderzoek is. Deze instellingen moeten toestemming van de douane-administratie
hebben verkregen van de lidstaat waar zij zijn gevestigd. In Nederland zijn de particuliere instellingen die toestemming hebben
verkregen vermeld in bijlage XIII van de Algemene douaneregeling. Zie voor de procedure daarvoor paragraaf 1.6.
(artikel 53, lid 2, onder b, Verordening (EG) nr. 1186/2009, artikel 7:2, artikel 7:2a, artikel 7:4, lid 4 en bijlage XIII van de Algemene douaneregeling)
18.9 Reikwijdte vrijstelling belastingen
De vrijstelling van invoerrecht is van overeenkomstige toepassing op de omzetbelasting en de accijns. De vrijstelling van
omzetbelasting is in geval van speciaal voor wetenschappelijk onderzoek gefokte of geprepareerde dieren slechts van toepassing
voor zover deze dieren gratis (om niet) aan de instellingen worden afgestaan.
(artikel 7:23 van de Algemene douaneregeling)
18.10 Vergunning
Het is een vrijstelling waarvoor bij het brengen in het vrije verkeer geen vergunning is vereist. Wel dient in voorkomend
geval de instelling of organisatie te zijn aangewezen in bijlage XIII van de Algemene douaneregeling om voor de vrijstelling in aanmerking te komen. Zie voor de procedure paragraaf 1.6.
(artikel 7:2, artikel 7:2a en artikel 7:4, lid 4 van de Algemene douaneregeling)