21.00.00 Vrije Zones en Vrije Entrepots
9 Uitslag
9.1 Algemeen
In dit hoofdstuk wordt de beëindiging van de opslag in de vrije zone of het vrije entrepot behandeld. De goederen moeten van hieruit een nadere bestemming krijgen.
Let op!
Onder deze uitslag valt niet het overbrengen van de ene opslaglocatie binnen de vrije zone naar een andere opslaglocatie die
ook deel uitmaakt van de vrije zone. Zie voor dit overbrengen paragraaf 8.8.
9.2 Bestemmingen bij uitslag van goederen uit een vrije zone of vrij entrepot
Een vrije zone en een vrij entrepot functioneren in de praktijk van het internationale goederenverkeer als een stukje buitenland. Daardoor staan bij de uitslag alle mogelijkheden open die er ook zijn goederen vanuit een derde land het douanegebied van de Gemeenschap worden binnengebracht. Er moet onderscheid worden gemaakt tussen de uitslagbestemmingen van niet-communautaire goederen (paragraaf 9.2.1.) en communautaire goederen (paragraaf 9.2.2.).
Naar boven9.2.1 Bestemmingen voor niet-communautaire goederen
Niet-communautaire goederen mogen uit een vrije zone of een vrij entrepot worden uitgeslagen voor een van de volgende douanebestemmingen:
-
brengen in het vrije verkeer
-
douanevervoer
-
douane-entrepot
-
actieve veredeling
-
behandeling onder douanetoezicht
-
tijdelijke invoer
-
passieve veredeling
-
uitvoer/wederuitvoer
-
vrije zone of vrij entrepot
-
wederuitvoer uit het douanegebied
-
vernietiging
-
afstand aan de Schatkist
De bestemmingen genoemd bij a. tot en met h. zijn in de wetgeving aangeduid als douaneregelingen.
De bestemming genoemd bij letter l. (afstand aan de Schatkist) is in Nederland niet mogelijk.
(artikelen 4, 48 en 177 CDW)
9.2.2 Bestemmingen voor communautaire goederen
Communautaire goederen die in een vrije zone of vrij entrepot worden opgeslagen, zijn met name de in artikel 166, onder letter
b, CDW bedoelde landbouwgoederen. Deze goederen werden in de vrije zone of het vrije entrepot geplaatst om in aanmerking te
komen voor maatregelen die in principe zijn verbonden aan uitvoer en mogen alleen worden uitgeslagen voor een bestemming die
in de specifieke wetgeving wordt genoemd. In het algemeen is dit alleen uitvoer.
(artikel 179 CDW)
9.3 Procedure bij uitslag van goederen uit een vrije zone of een vrij entrepot
Als aan niet-communautaire goederen een nieuwe douanebestemming wordt gegeven, moet een douaneaangifte voor die bestemming worden gedaan. De aangifte kan worden gedaan langs elektronische weg in het aangiftesysteem van de Douane of met behulp van een vereenvoudigde aangifteprocedure. Voor de wijze waarop de aangifte kan worden gedaan wordt verwezen naar de onderdelen 12.00.00, Plaatsing van goederen onder een douaneregeling en 12.50.00, Vereenvoudigde procedures, van dit Handboek.
De belanghebbende moet de uitslag van goederen direct vóór de uitslag in de voorraadadministratie van de vrije zone of het vrije entrepot vermelden. Hij doet dat aan de hand van de gegevens van de aangifte of een ander geldig bescheid.
Communautaire goederen kunnen bij uitslag opnieuw in het douanegebied van de Gemeenschap worden binnengebracht. In dat geval moet het bewijs van het communautaire karakter van de goederen worden geleverd door middel van een verklaring. Deze verklaring is opgesteld op het "Certificaat douanestatus" volgens het model dat is opgenomen als bijlage 109 TVo.CDW. Dit certificaat moet bij de eerdere inslag door de Douane zijn voorzien van ambtelijke aantekeningen (zie paragraaf 7.4.2). Voor dit doel kan ook een document T2L worden gebruikt.
In de administratie van de vrije zone of het vrij entrepot moet de belanghebbende aantekenen dat de desbetreffende communautaire goederen zijn uitgeslagen.(artikelen 806 en 812 TVo.CDW.)
Vrije zone
Als goederen uit de vrije zone worden uitgeslagen, moet de belanghebbende dit direct melden in DGVS (uitschrijving uit de vrije zone). Hierdoor geeft DGVS een actuele weergave van de in de vrije zone geplaatste goederen.
Naar boven
Privé