Laagbelaste vrije beleggingen
Als vrije beleggingen worden aangemerkt:
- beleggingen die redelijkerwijs niet noodzakelijk zijn voor het drijven van de onderneming
Dit zijn bijvoorbeeld overtollige liquiditeiten waarvoor geen bestemming is. Beleggingen bestaande uit onroerende zaken zijn geen vrije beleggingen tenzij ze behoren tot een (vrijgestelde) beleggingsinstelling. - bezittingen die verband houden met passieve groepsfinancieringswerkzaamheden
Een uitzondering geldt voor bezittingen die historisch bezien voor ten minste 90% zijn gefinancierd met geldleningen die van buiten de groep (verbonden lichamen) komen. - bedrijfsmiddelen die grotendeels ter beschikking worden gesteld aan u of aan met u verbonden lichamen
De bedrijfsmiddelen worden echter niet als vrije beleggingen aangemerkt als ze verband houden met actieve terbeschikkingstellingswerkzaamheden of als ze voor ten minste voor 90% zijn gefinancierd met geldleningen die historisch bezien van buiten de groep komen.
Vrije beleggingen zijn laagbelast als ze niet zijn onderworpen aan een winstbelasting die resulteert in een naar Nederlandse begrippen reële heffing.