16.00.00 Actieve veredeling
3 De vergunning
3.1 Aanvraag en voorwaarden vergunning
Voor het gebruik van de regeling actieve veredeling is een vergunning vereist van de Douane.
Zie voor informatie over de aanvraag van een vergunning actieve veredeling hoofdstuk 2 van onderdeel 15.00.00 van dit Handboek.
Zie voor informatie over de gevallen waarin een aanvraag van een vergunning actieve veredeling op basis van een douaneaangifte tot plaatsing onder de regeling actieve veredeling kan worden gedaan paragraaf 3.8 van dit onderdeel.
De vergunning wordt slechts verleend aan een persoon als aan een aantal voorwaarden wordt voldaan, zoals gevestigd zijn in het douanegebied van de Unie, waarborgen bieden voor het goede gebruik van de regeling, het stellen van zekerheid en het kunnen uitoefenen van douanetoezicht zonder administratieve maatregelen te hoeven nemen die niet in verhouding staan tot de betrokken economische behoeften. Zie voor deze voorwaarden hoofdstuk 3 van onderdeel 15.00.00 van dit Handboek.
(artikel 211 DWU)
De “Toelichting en algemene voorwaarden Vergunning actieve veredeling” is te downloaden van de website van de Douane.
Naar boven3.2 Gevestigd in het douanegebied van de Unie
Een vergunning actieve veredeling wordt in principe slechts verleend aan een persoon die is gevestigd in het douanegebied
van de Unie.
(artikel 211, lid 3 letter a DWU )
Naar boven
3.3 Veredelen of laten veredelen
Een vergunning actieve veredeling wordt slechts verleend aan de persoon die de goederen veredelt of laat veredelen.
(artikel 211, lid 3 letter d DWU )
Een vergunninghouder kan de goederen zelf veredelen.
Een vergunninghouder kan de goederen ook laten veredelen door werkzaamheden uit te besteden aan een andere persoon. De vergunninghouder die de goederen laat veredelen, moet de regie voeren over de veredeling. De vergunninghouder blijft in dit geval zelf volledig verantwoordelijk voor de veredeling. De naam en het adres van deze andere betrokken persoon moeten dan worden vermeld in de vergunning actieve veredeling (gegevenselement 37 05 … bijlage A GVo.DWU).
Een vergunning actieve veredeling kan niet worden verleend aan een logistiek dienstverlener, omdat een logistiek dienstverlener de goederen niet veredelt of laat veredelen.
Naar boven3.4 Identificatie van de goederen
De onder de regeling actieve veredeling geplaatste goederen moeten in de veredelingsproducten kunnen worden geïdentificeerd.
In de vergunning actieve veredeling moeten de identificatiemaatregelen worden vermeld aan de hand waarvan kan worden vastgesteld dat de veredelingsproducten zijn voortgebracht bij de veredeling van onder de regeling actieve veredeling geplaatste goederen.
Als identificatiemaatregelen kunnen worden gebruikt fabricagenummers, merktekens, monsters, stalen, tekeningen, technische
beschrijvingen of andere identificatiemiddelen.
(artikel 256, lid 2 DWU en artikel 240, lid 1 letter a GVo.DWU)
3.5 Terugbrengen in oorspronkelijke staat en omzeilen van oorsprongsregels
Daarnaast wordt een vergunning voor de regeling actieve veredeling slechts verleend als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
-
de goederen kunnen na behandeling niet meer op economisch verantwoorde wijze worden teruggebracht tot de soort waartoe zij behoorden of tot de staat waarin zij zich bevonden toen zij onder de regeling actieve veredeling werden geplaatst;
-
het gebruik van de regeling actieve veredeling kan er niet toe leiden dat de oorsprongsregels en kwantitatieve beperkingen die van toepassing zijn op de ingevoerde goederen worden omzeild.
Deze voorwaarden gelden niet wanneer het bedrag aan invoerrechten wordt bepaald overeenkomstig artikel 86, lid 3 DWU.
(artikel 240, lid 3 GVo.DWU)
Naar boven3.6 Economische voorwaarden
Een vergunning actieve veredeling kan alleen worden verleend als aan de economische voorwaarden is voldaan. Dit houdt in dat het verlenen van een vergunning actieve veredeling er niet toe mag leiden dat de wezenlijke belangen van producenten in de Unie worden geschaad.
(artikel 211, lid 4 letter b DWU)
Zie voor informatie over economische voorwaarden hoofdstuk 4 van dit onderdeel.
Naar boven3.7 Goederencode in de vergunning actieve veredeling
In de aanvraag en de vergunning actieve veredeling moeten de eerste 4 cijfers van de code van de gecombineerde nomenclatuur worden vermeld van de goederen die onder de regeling actieve verdeling mogen worden geplaatst.
In een aantal gevallen moet echter de GN-code (8 cijfers) worden vermeld. De GN-code (8 cijfers) moet worden vermeld wanneer:
-
equivalente goederen zullen worden gebruikt;
-
de goederen die onder de regeling actieve verdeling worden geplaatst onder bijlage 71-02 GVo.DWU vallen;
-
code 22 voor de economische voorwaarden wordt gebruikt (de-minimisregel): de totale waarde van onder de regeling actieve veredeling te plaatsen goederen per aanvrager en kalenderjaar is voor iedere GN-code (8 cijfers) niet hoger dan € 300.000;
-
het bedrag aan invoerrechten wordt berekend overeenkomstig artikel 85, lid 1 DWU, tenzij de vergunning actieve veredeling uitsluitend wordt aangevraagd voor vernietiging;
-
het bedrag aan invoerrechten wordt berekend overeenkomstig artikel 86, lid 3 DWU en een beroep wordt gedaan op flexibele toepassing van artikel 85, lid 1 DWU zoals beschreven in hoofdstuk 9 van dit onderdeel.
Voor de veredelingsproducten (hoofdveredelingsproducten en in voorkomend geval secundaire veredelingsproducten) moet hetzelfde aantal cijfers van de goederencode worden vermeld als voor de onder de regeling actieve veredeling te plaatsen goederen. In het vak “Omschrijving van de goederen” moet naast de omschrijving van de veredelingsproducten ook worden vermeld “secundair veredelingsproduct” als dat van toepassing is. Zie voor informatie over veredelingsproducten hoofdstuk 5 van dit onderdeel.
3.8 De vergunning op basis van een douaneaangifte
Een aanvraag voor een vergunning actieve veredeling kan op basis van een douaneaangifte tot plaatsing onder de regeling actieve veredeling worden gedaan, op voorwaarde dat:
-
andere dan de in bijlage 71-02 GVo.DWU opgenomen goederen onder de regeling actieve veredeling worden geplaatst; of
-
de in bijlage 71-02 GVo.DWU opgenomen goederen een douanewaarde van niet meer dan €150.000 hebben en deze goederen onder douanetoezicht worden vernietigd wegens uitzonderlijke en naar behoren gemotiveerde omstandigheden.
(artikel 163, lid 1 letters c en g GVo.DWU)
Er moet dan een door de aangever opgesteld document ter beschikking staan van de Douane op het tijdstip waarop de douaneaangifte wordt ingediend. Deze zogenaamde “Opgave aanvullende gegevens en voorwaarden bij aanvraag vergunning op aangifte (DO 162)” is te downloaden van de website van de Douane.
De DO 162 bevat aanvullende gegevenselementen die de Douane nodig heeft om een beslissing te kunnen nemen over het verlenen van de vergunning. De DO 162 wordt daarom altijd opgevraagd bij de behandeling van de douaneaangifte.
Bij de verificatie van de douaneaangifte beoordeelt de Douane op grond van de gegevens in de douaneaangifte en de gegevens
in de DO 162 of de vergunning kan worden verleend. De vergunning op basis van een douaneaangifte wordt verleend door vrijgave
van de goederen voor de regeling.
(artikel 262 UVo.DWU)
Een aanvraag voor een vergunning actieve veredeling kan niet op basis van een douaneaangifte worden gedaan wanneer sprake is van:
-
een vereenvoudigde aangifte, waarbij gegevens of bescheiden ontbreken op het moment van aanvaarding;
-
gecentraliseerde vrijmaking;
-
een aangifte door middel van inschrijving in de administratie van de aangever;
-
een grensoverschrijdende vergunning;
-
het gebruik van equivalente goederen;
-
een vergunning met terugwerkende kracht;
-
een toets op de economische voorwaarden (zie hoofdstuk 4 van dit onderdeel).
(artikel 163, lid 2 GVo.DWU)
Naar boven