12.00.00 Plaatsing van goederen onder een douaneregeling
10 Wijzigen
In dit hoofdstuk vindt u de mogelijkheid tot wijzigen van de aangifte op verzoek van de aangever.
Naar boven10.1 Algemeen
Soms ontdekt een aangever zelf fouten in zijn aangifte. Hij kan ze gemakkelijk herstellen als de aangifte nog niet aanvaard is. Er is geen speciale toestemming voor nodig.
Na aanvaarding van de aangifte ligt dat anders. Hij moet eerst een verzoek doen om de aangifte te wijzigen. In beginsel wordt de wijziging toegestaan, als de aangever aantoont dat dit terecht is.
In de volgende vier gevallen wordt de wijziging niet toegestaan:
-
door de wijziging heeft de aangifte betrekking op een andere partij goederen
-
de aangever is op de hoogte gebracht van een fysieke controle door de Douane
-
de Douane heeft zelf al de onjuistheden ontdekt
-
de goederen zijn al vrijgegeven
( artikel 65 CDW)
Naar boven10.2 Procedures, werkzaamheden van de Douane
10.2.1 Verbeteringen
Voor verbeteringen in aangiften voor communautair douanevervoer en carnets TIR zie de onderdelen 14.20.00 en 14.50.00 van dit Handboek.
Als de wijziging tot verwarring kan leiden, eist u een nieuwe aangifte. Dit is bijvoorbeeld het geval als de aangever de goederenomschrijving wil wijzigen. Een nieuwe aangifte kunt u eisen op grond van artikel 204 TVo. CDW.
Naar boven10.2.2 Bijschrijving
De noodzaak tot bijschrijving moet door de aangever aangetoond worden. Hij kan dit doen door overlegging van ladingspapieren, bijvoorbeeld een vrachtbrief of een Bill of Lading. Bij een bijschrijving plaatst u uw paraaf en een afdruk van het metalen dienststempel.
Bijschrijving op een Carnet TIR is niet toegestaan. Bijschrijving op aangiften die in AGS geregistreerd zijn, is alleen mogelijk bij een gedeeltelijke toewijzing van een contingent. In andere gevallen moet een extra aangifte worden gedaan.
Uiteraard geldt ook hier dat u een nieuwe aangifte kunt eisen als verwarring kan ontstaan.
(
artikel 204 TVo. CDW)
10.2.3 Doorhaling
Doorhaling van goederen kan worden toegestaan als de goederen niet aanwezig zijn en ook niet aanwezig zijn geweest. Dit moet worden aangetoond door de aangever. Hij kan dit doen door overlegging van lossingsbescheiden. Hieruit kan blijken dat de goederen ergens anders zijn gelost.
Met het toestaan van doorhalingen moet u uiterst voorzichtig zijn. Door de doorhaling verliest de Douane de aanspraak op verschuldigde belastingen. U moet er dus absoluut zeker van zijn dat de doorhaling terecht is. Bij een doorhaling plaatst u uw paraaf en een afdruk van het metalen dienststempel.
Ook in geval van doorhaling kunt u eventueel een nieuwe aangifte eisen.
(artikel 204 TVo. CDW)
10.3 Nadere regels
Na de vrijgave kan de aangever niet meer om wijziging verzoeken op grond van artikel 65 CDW. Toch kan er nog reden zijn de aangifte te willen wijzigen. Er kunnen nog steeds onvolkomenheden in de aangifte zitten.
In dit geval kan de aangifte herzien worden. Dit kan op verzoek van de aangever of op initiatief van de Douane (artikel 78 CDW). Zie in dit verband hoofdstuk 9 van dit onderdeel.
Naar boven