110.00.13 Kaderovereenkomst inzake de samenwerking tussen het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en het Ministerie van Financien bij de uitvoering van de niet-fiscale douanetaken op het terrein van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat
1 Kaderovereenkomst inzake de samenwerking tussen het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en het Ministerie van Financiën bij de uitvoering van de niet-fiscale douanetaken op het terrein van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Overeenkomstnummer: G/V-99007046/VV
De Staatssecretaris van Financiën, in deze vertegenwoordigd door de Directeur-Generaal der Belastingen en de Minister van Verkeer en Waterstaat, in deze vertegenwoordigd door de Secretaris-Generaal van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat,
overwegende,
dat de Minister van Verkeer en Waterstaat verantwoordelijk is voor het beleid, de uitvoering en de handhaving met betrekking tot de in de bijlagen genoemde wettelijke regelingen (hierna te noemen de regelingen);
dat het Ministerie van Verkeer en Waterstaat voor de handhaving van deze regelingen gebruik maakt van handhavingsdiensten;
dat de Douane één van deze handhavingsdiensten is;
dat de Belastingdienst, waarvan de Douane een onderdeel is, grote waarde hecht aan de samenwerking met andere overheidsdiensten;
dat de samenwerking met andere overheidsdiensten, in casu het Ministerie van Verkeer en Waterstaat bijdraagt aan het vervullen van de kerntaken van de Belastingdienst, dat wil zeggen de controle en het toezicht op de nakoming van fiscale en douaneverplichtingen en meer in het bijzonder ten aanzien van de controle en het toezicht op grond van de niet-fiscale wetgeving door de Douane;
dat om gestalte te kunnen geven aan de verantwoordelijkheid voor een goede uitvoering van de door de Douane uitgevoerde taken in onderling overleg tussen het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en de Douane afspraken moeten worden gemaakt omtrent de inhoud, de omvang en de kwaliteit van de te verrichten werkzaamheden;
dat daarnaast met de handhavingsdiensten i.c. de Douane afgesproken moet worden welke informatie over de werkzaamheden periodiek wordt uitgewisseld teneinde zicht te houden op de uitvoering en het resultaat van de werkzaamheden zodat tijdig bijsturing van het beleid en/of de uitvoering kan plaatsvinden;
dat bovenstaande in overeenstemming is met de aanbevelingen van de Algemene Rekenkamer in haar rapport "Niet-fiscale taken douane"uit 1996 en haar vervolgrapport uit 1999;
zijn het volgende overeengekomen:
Naar boven1.1 Artikel 1. Doelstelling
De Directeur-Generaal der Belastingen van het Ministerie van Financiën en de Secretaris-Generaal van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (hierna te noemen de partijen) gaan een samenwerkingsverband aan ter verwezenlijking van de volgende doelstellingen:
-
1.1 Het Ministerie van Verkeer en Waterstaat als verantwoordelijk Ministerie voor het beleid, de uitvoering en de handhaving met betrekking tot de in de bijlagen genoemde wettelijke regelingen draagt in overleg met het Ministerie van Financiën en de Douane zorg voor een adequate inhoudelijke, kwantitatieve en kwalitatieve aansturing van de Douane ten aanzien van deze regelingen.
-
1.2 De Belastingdienst/Douane als mede belast met uitvoerings-, toezichts- en/of opsporingstaken in eerste lijn met betrekking tot de in de bijlagen genoemde regelingen draagt in overleg met het Ministerie van Verkeer en Waterstaat zorg voor een adequate uitvoering van de aan haar opgedragen werkzaamheden en terugkoppeling van de resultaten daarvan.
1.1.1 Artikel 2. Structuur
-
2.1 In deze kaderovereenkomst wordt het kader aangegeven waarbinnen per regeling of samenhangend cluster van regelingen nader uitwerking wordt gegeven aan de in artikel 1 omschreven doelstellingen.
-
2.2 Per regeling of samenhangend cluster van regelingen worden nadere afspraken gemaakt in de bijlagen bij deze kaderovereenkomst. Toevoeging van bijlagen geschiedt in overleg tussen de directeur Douane en de desbetreffende directeur van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat of van een op het beleidsterrein van dat ministerie werkzaam zelfstandig bestuursorgaan, na voorafgaande toestemming van de Directeur-Generaal der Belastingen van het Ministerie van Financiën en de Secretaris-Generaal van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. De bijlagen kunnen worden gewijzigd of verwijderd in overleg tussen de directeur Douane en de in de desbetreffende bijlage aangeduide directeur van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat of van een op het beleidsterrein van het ministerie werkzaam zelfstandig bestuursorgaan.
1.1.2 Artikel 3. Inhoud van de nadere afspraken per regeling
De elementen die per regeling of cluster van regelingen nader uitgewerkt dienen te worden zijn, voor zover van toepassing:
-
de wijze van handhaving en uitvoering door de Douane
-
de prioriteiten in de handhaving van de desbetreffende regeling
-
het vaststellen van jaarplandoelstellingen; onderdeel daarvan is de kwantiteit van de controle
-
de wijze van afhandeling van geconstateerde overtredingen
-
de wijze waarop gehoor en uitvoering wordt gegeven aan signaleringen van de Douane omtrent vermoedelijke overtredingen van de regelingen, alsmede de terugkoppeling per geval aan de Douane omtrent de uitkomsten van de daar uit voortvloeiende onderzoeken. In het bijzonder in relatie tot de heffing en decharge van douanerechten en overige belastingen
-
de wijze van samenwerking tussen de Douane en de medehandhavingsdienst (en)
-
de inzet van vraagbaakfunctionarissen
-
het verrichten van risicoanalyse ten behoeve van de controle op de verschillende doelgroepen die betrokken zijn bij de verschillende regelingen en de inhoud en wijze waarop de informatie ten behoeve van risicoanalyse wordt uitgewisseld
-
het ter beschikking stellen aan het Ministerie van Verkeer en Waterstaat van risicoanalyses ter ondersteuning van het handhavingsbeleid
-
de interpretatie en achtergrond van wet- en regelgeving
-
het bevorderen c.q. verbeteren van de deskundigheid van douaneambtenaren
-
de inhoud en wijze van terugkoppeling door de Douane
-
de inzet van het Douanelaboratorium
1.1.3 Artikel 4. Douanevoorschriften
-
4.1 De Douane draagt zorg voor het, in overeenstemming met het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, vastleggen van de in de bijlagen overeengekomen kaders in de onderscheiden Douanevoorschriften.
-
4.2 De verantwoordelijke directeur van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat verleent medeparaaf op de onderscheiden Douanevoorschriften.
1.1.4 Artikel 5. Planning, financiën en control
-
5.1 De jaarplancyclus van partijen is onverminderd van toepassing tenzij in de bijlagen daarvan uitdrukkelijk wordt afgeweken. Partijen bepalen uiterlijk op 1 oktober van het lopende kalenderjaar in onderling overleg de jaarplandoelstellingen voor het daarop volgende kalenderjaar. De douane rapporteert periodiek landelijk en voor zover relevant per district omtrent de voortgang van de in het kader van de regelingen uitgevoerde werkzaamheden op de wijze zoals nader in de bijlagen is omschreven.
-
5.2 De eventuele kosten van hetgeen door middel van deze kaderovereenkomst beoogd wordt te regelen worden als volgt over de partijen verdeeld tenzij in de bijlage anders is bepaald;
-
Voor de personeelskosten: aan partijen ieder voor haar eigen medewerkers
-
Voor de materieelkosten: aan partijen ieder voor de eigen bedrijfsvoering
-
Voor de bijzondere kosten: in voorkomend geval door partijen jaarlijks nader te bepalen.
-
-
5.3 Partijen dragen zorg voor een betrouwbare en volledige vastlegging van het aantal ingestelde controles en de bereikte resultaten.
-
5.4 De uitwerking van de in dit artikel genoemde elementen is neergelegd in de desbetreffende nadere uitwerking per regeling of cluster van regelingen in de bijlagen.
1.1.5 Artikel 6. Inzet van medewerkers
Ter realisatie van de doelstellingen van deze kaderovereenkomst zullen partijen door de inzet van voldoende gekwalificeerd personeel al het mogelijke doen om een goede uitvoering van de regelingen te waarborgen.
Naar boven1.1.6 Artikel 7. Overleg
-
7.1 Eenmaal per jaar of indien één van de partijen dat gewenst of noodzakelijk acht, plegen partijen structureel overleg omtrent de voortgang van de lopende samenwerking. Voor het Ministerie van Financiën treedt de directie Douane-aangelegenheden hiertoe coördinerend op.
-
7.2 Het Ministerie van Verkeer en Waterstaat draagt er zorg voor dat het Ministerie van Financiën cq de Douane tijdig geïnformeerd wordt omtrent de totstandkoming, de wijziging of het intrekken van nationale en internationale wetgeving op het terrein van de regelingen en het consulteren van de douane indien en voorzover er sprake is van betrokkenheid van de Douane dan wel indien er een relatie is met Douanewetgeving. Voor het Ministerie van Financiën/Douane treedt de Directie Wetgeving Douane hiertoe coördinerend op.
1.1.7 Artikel 8. Informatie-uitwisseling
-
8.1 De uitwisseling van informatie, verantwoordingsinformatie en informatie ten behoeve van risicoanalyse daaronder begrepen, tussen partijen vindt plaats op basis van hetgeen per regeling of cluster van regelingen hieromtrent in de deze kaderovereenkomst en de bijlagen is opgenomen.
-
8.2 Informatie inzake interpretatie van wet- en regelgeving alsmede aanwijzingen van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat aan de handhavingsdiensten omtrent het toezicht op de regelingen worden -voorzover het de Douane betreft - gericht aan de Directie douane. De Directie douane draagt er zorg voor dat de informatie ter beschikking komt aan de met de uitvoering belaste ambtenaren. Een en ander laat onverlet de rechtstreekse uitwisseling van informatie tussen de medehandhavingsdiensten en eenheden van de Douane voorzover het gaat om individuele gevallen.
1.1.8 Artikel 9. Voorlichting en contacten met de media
Voor zover er voorlichtingsactiviteiten en contacten met de media worden onderhouden over onderwerpen die voortvloeien uit of verband houden met hetgeen door middel van deze kaderovereenkomst beoogd wordt te regelen, wordt overleg gevoerd tussen de persvoorlichter van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en de persvoorlichter van de Directeur Douane.
1.1.9 Artikel 10. Inwerkingtreding en looptijd
-
10.1 De kaderovereenkomst treedt in werking op 1 oktober 1999.
De kaderovereenkomst geldt voor een periode van twaalf maanden met een automatische verlenging van telkens twaalf maanden, met dien verstande dat na afloop van de periode in onderling overleg tussen de partijen aanpassing van de kaderovereenkomst kan plaatsvinden.
-
10.2 Aanpassingen kunnen plaatsvinden op een ander tijdstip dan is voorzien in artikel 10.1 indien maatschappelijke of politieke ontwikkelingen daartoe aanleiding geven
-
10.3 De in de bijlage opgenomen nadere afspraken per regeling of cluster van regelingen vormen een geïntegreerd onderdeel van de kaderovereenkomst. Aanpassingen van de bijlagen kunnen plaatsvinden op ieder tijdstip in onderling overleg en binnen de kaders van deze overeenkomst.
-
10.4 Beëindiging op een eerder tijdstip dan is voorzien in artikel 10.1 is mogelijk indien aan een van de partijen uiterlijk een maand van te voren het voornemen daartoe aan de partner bij de kaderovereenkomst schriftelijk is medegedeeld onder opgaaf van de redenen die aan de beëindiging ten grondslag ligt.
Aldus overeengekomen op 29 september 1999,
Namens de Minister vanVerkeer en Waterstaat, |
Namens de Staatssecretaris van Financiën, |
de Secretaris-Generaal (plv.), |
de Directeur-Generaal der Belastingen, |
mr. T.J. van Beek. |
mr. J.N. van Lunteren. |