Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

43.00.00 Postzendingen

1 Inleiding

1.1 Algemeen

Dit deel van het Handboek Douane gaat over enkele bijzondere zaken rond postzendingen. Wat onder "postzendingen" moet worden verstaan, is in de onderdeel uitgewerkt in paragraaf 1.3.1 en is gebaseerd op internationaal vastgestelde postvoorschriften binnen de Wereldpostunie (Universal Postal Union). Met die voorschriften is rekening gehouden, niet alleen in de bepalingen van de Postwet maar ook in de douanewetgeving.

Dit onderdeel handelt niet over zendingen waarvoor de regeling door de Post niet mag worden toegepast omdat zij buiten het begrip postzending vallen. Dat soort zendingen moeten bij de binnenkomst in het douanegebied en bij de daarna volgende douaneregelingen worden afgewikkeld volgens de "gewone" douaneprocedures. Van die procedures vindt u de binnenkomst in onderdeel 12.00.00 en de aangifte voor het vrije verkeer in onderdeel 13.00.00 opgenomen in dit Handboek.

In laatstgenoemd onderdeel vindt u in paragraaf 11.4 ook de procedure bij aangifte voor het vrije verkeer van postzendingen uitvoerig beschreven. Daarna worden in dit onderdeel over de aangifte voor het vrije verkeer alleen enkele meer bijzondere punten behandeld.

Internationale koeriersbedrijven

Hoewel zendingen via internationale koeriersbedrijven in veel opzichten lijken op postzendingen, vallen zij niet onder dat begrip.

Internationale koeriersbedrijven zijn in het algemeen aan te merken als douane-expediteurs. Zij doen aangifte voor rekening van anderen maar op eigen naam. Hun zendingen brieven en pakketten zijn vaak massaal, evenals bij de Post, en vooral gericht op snelheid in aflevering. Zij moeten zich houden aan de normale douaneprocedures. Wel is het uiteraard mogelijk dat zij worden toegelaten tot de toepassing van vereenvoudigde aangifteprocedures mits zij voldoen aan de wettelijke eisen daarvoor.

Een belangrijk verschil tussen de internationale koeriersbedrijven en de Post is dat de Post een vervoerplicht heeft.

Vervoerplicht Post

In de Postwet is de vervoerplicht aan de Post opgelegd. Deze wettelijke verplichting houdt in dat de Post geen postzendingen mag weigeren, ook al staat vast dat het vervoeren daarvan meer kost dan de vergoeding (porto) oplevert. In zo'n geval zou een koeriersbedrijf de vervoersopdracht meestal niet aannemen.

De vervoerplicht geldt voor zendingen die niet zwaarder zijn dan 20 kg. Voor zendingen die wel zwaarder zijn dan 20 kg en die door de Post worden aangeboden, moet de Post op enkele uitzonderingen na de algemene douanebepalingen volgen.

Dat aan postzendingen een apart onderdeel van het Handboek Douane is gewijd, komt omdat de douaneprocedures bij die zendingen op bepaalde punten (onder andere de aangifteformulieren) afwijken van de algemene procedures. Ook gelden van oudsher bepaalde faciliteiten bij het douanevervoer en de douanebehandeling van postzendingen.

Dit onderdeel bevat slechts 4 hoofdstukken:

  • In hoofdstuk 1, de inleiding, is beschreven wat onder postzendingen moet worden verstaan (paragraaf 1.1.1), wie die kunnen beheren en wat daarbij verschillen kan;

  • Hoofdstuk 2 gaat over de binnenkomst van postzendingen en de daaraan verbonden procedures;

  • Hoofdstuk 3 bevat in aanvulling op onderdeel 13.00.00, paragraaf 11.4, van dit Handboek, enkele belangrijke aspecten bij de bestemming vrij verkeer (invoer);

  • Hoofdstuk 4 behandelt de uitgaande kant.

Naar boven

1.1.1 Begrip postzendingen

Waar in dit onderdeel van het Handboek Douane over "postzendingen" wordt gesproken, worden bedoeld de internationale postzendingen afkomstig uit of bestemd voor niet-EU-lidstaten, die verzorgd worden door of namens de Post.

In artikel 1:2 onder j Algemene douaneregeling vindt u dat onder de Post in Nederland wordt verstaan: de rechtspersoon, bedoeld in artikel 2a, eerste lid, van de Postwet. Dit is de Koninklijke TNT Post B.V.

Zoals in de inleiding ook al is gezegd, vallen onder het begrip postzendingen dus geen goederenzendingen die worden behandeld door andere bedrijven dan de Post, zoals internationale koeriersbedrijven. Evenmin zijn als postzending aan te merken zendingen die wel door de Post worden behandeld maar niet passen met wat in de Algemene douaneregeling daarover is bepaald. Voor die zendingen zijn de algemene douaneprocedures (met inbegrip van vereenvoudigde aangifteprocedures waar dat mogelijk is), van toepassing.

Zowel in de communautaire wetgeving (CDW en TVo. CDW) als in de nationale wetgeving van Nederland (Postwet, Algemene Douaneregeling) zijn zaken over postzendingen geregeld.

Zo onderscheidt de communautaire douanewetgeving:

  • briefpostzendingen en

  • pakketpostzendingen.

De Nederlandse douanewetgeving vat beide soorten samen en spreekt kortweg over "brieven en postzendingen" (artikel 1:2 onder k, Algemene douaneregeling)". In dit onderdeel gebruiken we alleen het begrip "postzendingen".

Postzendingen zijn goederen die door of vanwege de Post overeenkomstig de Algemene douaneregeling worden behandeld. Voor wat onder "postzendingen" verstaan moet worden, verwijst de Algemene douaneregeling nog naar de Postwet. Die verwijst op zijn beurt weer naar het Algemeen Postverdrag en naar de overeenkomsten van de Wereldpostvereniging (Universal Postal Union) (Wenen, 10 juli 1964).

Uiteindelijk blijkt dat onder "postzendingen" moeten worden verstaan de door of namens de Post te behandelen:

  • brieven;

  • briefkaarten;

  • gedrukte stukken;

  • braillestukken;

  • (brief)pakjes (petit paquets) en

  • postpakketten.

Er zijn hierbij gewichtsgrenzen:

  • voor (brief)pakjes geldt op enkele uitzonderingen na (met name voor boeken en braillestukken) een maximumgewicht van 2 kg;

  • voor postpakketten geldt een maximumgewicht van 20 kg.

(artikelen 237 en 238, TVo. CDW; 1:2, 7:29 en 7:30 Algemene douaneregeling)

Naar boven

1.2 Procedures en ambtelijke werkzaamheden

Dit hoofdstuk bevat geen procedures en ambtelijke werkzaamheden.

Naar boven

1.3 Nadere bepalingen

1.3.1 Vervoer en beheer door de Post

Ten aanzien van postzendingen welke binnenkomen, uitgaan of worden vervoerd, geldt als algemene regel dat daarvoor geen aangifte behoeft te worden gedaan zolang zij onder verantwoordelijkheid van de Post zijn. Hieronder valt dus ook de vervoersfase vanaf het punt van binnenkomst naar de sorteerplaats of de bergplaats van de Post.

Binnenkomende postzendingen kunnen zijn voorzien van gele etiketten. Deze etiketten dienen om aan te duiden dat het gaat om niet-communautaire goederen (etiket opgenomen in bijlage 42 TVo. CDW) dan wel om communautaire goederen die afkomstig zijn uit zgn. niet-fiscale gebieden (dat zijn de Canarische eilanden, de Kanaaleilanden, de berg Athos en de Franse overzeese departementen: etiket opgenomen in bijlage 42ter TVo. CDW).

Voor laatstbedoelde goederen uit de niet-fiscale gebieden zijn meestal nog andere belastingen dan douanerechten verschuldigd. De Post moet hiermee rekening houden bij de aangiften.

Verder moet de Post er voor zorgen dat bij verdere verzending:

  • van niet-communautaire goederen die nog niet van een dergelijk etiket zijn voorzien, naar een plaats binnen de EU of

  • van communautaire goederen naar de niet-fiscale gebieden, het van toepassing zijnde etiket wordt aangebracht. Ook de bijbehorende geleidelijsten dienen dan van deze etiketten voorzien te worden.

(artikel 91 CDW; artikel 462bis, bijlagen 42 en 42ter, TVo. CDW)

Naar boven

1.3.2 Vervoer en beheer door anderen dan de Post

Het komt voor dat postzendingen aan een ander dan de Post in vervoer en beheer worden gegeven. Is dat het geval dan draagt de Post er geen verantwoordelijkheid meer voor en gelden de algemene douaneprocedures. Ook vervoer naar of vanaf de sorteerplaats of de bergplaats mag dan alleen gebeuren na een aangifte voor communautair douanevervoer met daarbij de vereiste zekerheidstelling en onder douaneverzegeling.

Naar boven

1.4 Uitzonderingen

Er zijn op het gebied van de Post een aantal uitzonderingsgevallen. Daarop wordt in de volgende hoofdstukken voor zover nodig, ingegaan. Ook zijn er verbodsregels voor het versturen per post van bepaalde goederen. Die regels vindt u in de navolgende paragrafen.

Naar boven

1.4.1 Postzendingen met verboden inhoud

Volgens het Algemeen Postverdrag is het onder meer verboden in poststukken te versturen:

  1. aan belasting onderworpen goederen; Aan belasting onderworpen goederen mogen ook mede worden gesloten in brieven als het land van bestemming invoer van de hiervoor bedoelde goederen op deze wijze toelaat. In Nederland is dat het geval voor zover de toelating van deze goederen niet op grond van andere wetgeving verboden is. Zo zijn er belangrijke verbodsbepalingen en beperkingen voor:

    • geneesmiddelen;

    • bedreigde uitheemse dier- en plantensoorten;

    • radioactieve stoffen / nucleair mateiraal;

    • strategische goederen;

    • precursoren voor drugs;

    • namaakprodukten of door piraterij verkregen produkten;

    • wapens en munitie;

    • goederen die aanstotelijk zijn voor de eerbaarheid;

    • goederen die vallen onder veterinaire bepalingen;

    • goederen die vallen onder fytosanitaire bepalingen.

    Alle postzendingen met aan belasting onderworpen inhoud, moeten aan de adreszijde zijn voorzien van een volledig ingevuld etiket DOUANE CN 22 of vergezeld zijn van een volledig ingevulde douaneverklaring CN 23. Een model van deze bescheiden is opgenomen in bijlage 1 respectievelijk bijlage 2 van dit onderdeel.

    Als de goederen in briefvorm zijn verpakt, kan er in worden berust dat de adreszijde van de desbetreffende stukken alleen is voorzien van het bovendeel van het etiket DOUANE CN 22. Daarmee heeft de afzender machtiging verleend voor het ambtshalve openen.

    Zie voor meer informatie over de verboden en beperkingen de specifieke onderdelen van het handboek VGEM.

  2. opium, morfine, cocaïne en andere verdovende middelen; Hoofdstuk 10.03.00, paragraaf 7.4 van het Handboek VGEM.

  3. goederen, waarvan de toelating of de verspreiding in het land van bestemming verboden is.

Postzendingen die in strijd met de hiervoor genoemde verbodsbepalingen zijn verzonden, zijn onderworpen aan de wetgeving van het land waartoe de postadministratie behoort die hun aanwezigheid vaststelt.

Postzendingen welke opium en/of andere verboden zaken bevatten mogen niet worden doorgezonden, noch aan de geadresseerde worden uitgereikt, noch aan de afzender worden teruggezonden. Zij moeten door de douane in beslag worden genomen. De douane draagt deze goederen over aan de bevoegde autoriteiten.

Naar boven

1.4.2 Brieven met aangegeven waarde

De Post heeft speciale regels voor brieven met aangegeven waarde. Volgens de internationale "Overeenkomst betreffende brieven met aangegeven waarde" is het o.m. verboden in deze brieven te verzenden:

  1. opium, morfine, cocaïne en andere verdovende middelen;

  2. goederen, waarvan toelating of verspreiding in het land van bestemming verboden is;

  3. aan belasting onderworpen goederen, met uitzondering van geldswaardig papier. Dit verbod geldt echter niet, indien het land van bestemming de insluiting van aan belasting onderworpen goederen in brieven met aangegeven waarde toelaat. Met Nederland is dat het geval. Deze brieven moeten dan aan de adreszijde zijn voorzien van een volledig ingevuld etiket DOUANE CN 22, dan wel vergezeld zijn van een volledig ingevulde douaneverklaring CN 23.

    Als de goederen in briefvorm zijn verpakt, kan er in worden berust dat de adreszijde van de desbetreffende stukken alleen is voorzien van het bovengedeelte van het etiket DOUANE CN 22. Daarmee is machtiging verleend voor het ambtshalve openen.

Op ten onrechte voor verzending aangenomen brieven met aangegeven waarde is paragraaf 1.4.1, laatste alinea, van overeenkomstige toepassing. Voor zover hierbij de niet-fiscale douanetaken van belang zijn, vindt u de voorschriften daarvoor in de onderdelen van het Handboek VGEM.

Naar boven

1.4.3 Pakketten

Volgens de internationale "Overeenkomst betreffende postpakketten" is het onder meer verboden in pakketten te verzenden:

  1. goederen, waarvan de toelating of de verspreiding in het land van bestemming verboden is;

  2. opium, morfine, cocaïne en andere verdovende middelen, tenzij deze met vergunning c.q. ontheffing van de Inspectie Volksgezondheid worden verzonden naar landen die ze op deze voorwaarde toelaten. Tot deze landen behoort Nederland.

Uit oogpunt van de douanebepalingen gelden voor de goederen in deze pakketten dezelfde verboden en beperkingen als genoemd in paragraaf 1.4.1. Voor zover hierbij de niet-fiscale douanetaken van belang zijn, vindt u de voorschriften daarvoor in de onderdelen van het Handboek VGEM.
Voor pakketten die andere dan ter verzending verboden goederen bevatten, is bij de internationale "Overeenkomst betreffende postpakketten" vrijheid van doorvoer gewaarborgd. Daardoor kunnen de rechtstreekse doorvoer (wederuitvoer) van pakketten met volgens de internationale "Overeenkomst voor medische of wetenschappelijke doeleinden" ter verzending toegelaten opium, enzovoort, zonder enige formaliteit wel plaats hebben. Dit kan worden toegestaan omdat de doorvoer van deze goederen hier te lande niet is verboden maar alleen aan bepaalde voorwaarden is gebonden. Natuurlijk moet dan wel aan die voorwaarden zijn voldaan. Voor zover hierbij de niet-fiscale douanetaken van belang zijn, vindt u de voorschriften daarvoor in de onderdelen van het Handboek VGEM.

Naar boven

1.5 Strafbepalingen

Als de Post als aangever optreedt, dan is zijn verantwoordelijk voor de juistheid van de gegevens die zij in de aangifte vermeldt. De Post is niet in alle gevallen in staat de aangiftegegevens op hun volledigheid en juistheid te toetsen en kan eenmaal elders aangeboden zendingen niet weigeren. Daarom wordt tegen de Post geen bekeuring ingesteld voor het doen van onjuiste of onvolledige aangifte als de Post daarvoor redelijkerwijs geen verwijt kan worden gemaakt.

Bij andere overtredingen van de douanewetgeving, zoals bijvoorbeeld het niet in stand houden van de douaneverzegeling of het ontrekken van goederen aan het douanetoezicht, moet van geval tot geval worden beoordeeld of bekeuring moet worden ingesteld.

Naar boven