Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

12.80.00 Aangifte doen met het formulier 302

1 Algemene bepalingen formulier 302

1.1 Inleiding

 Dit onderdeel geeft een toelichting op het gebruik van het formulier 302 door (buitenlandse) strijdkrachten en beschrijft de douaneregelingen en -procedures waarvoor dit formulier kan worden gebruikt.

 Het formulier 302 is een document dat voor douanedoeleinden wordt gebruikt  bij grensoverschrijdend verkeer van militaire goederen die worden vervoerd of gebruikt in het kader van militaire activiteiten. Het transport kan worden uitgevoerd door de strijdkrachten of door een commerciële transporteur in opdracht van de strijdkrachten.

 Het formulier 302 heeft betrekking op een enkele beweging en kan worden gebruikt voor één van de volgende douaneregelingen of douaneprocessen in het kader van militaire activiteiten, met uitzondering van commerciële doeleinden:

 -          uitvoer en tijdelijke uitvoer;

 -          wederinvoer na tijdelijke uitvoer (in het vrije verkeer brengen met vrijstelling van invoerrechten als terugkerende goederen);

 -          tijdelijke invoer;

 -          wederuitvoer na tijdelijke invoer;

 -          doorvoer in de Unie;

 -          in het vrije verkeer brengen zonder vrijstelling van invoerrechten (enkel met toepassing van een NAVO 302 wat overigens in de praktijk vrijwel niet voor komt); 

 -          bewijs van douanestatus.

 Wanneer het formulier 302 niet kan worden gebruikt, moeten de formaliteiten van de reguliere douaneregelingen en douaneprocedures worden gebruikt, bijvoorbeeld bij:

 -          Bijzondere bestemming (bijvoorbeeld de aankoop van militair materieel of uitrusting uit een derde land door of namens de militaire autoriteiten van een Unie-lidstaat, bv. nieuwe wapens gekocht uit een land buiten de Unie);

 -          verkoop van militair materieel of uitrusting aan een derde land door of namens de militaire autoriteiten van een Unie-lidstaat, bijvoorbeeld gebruikte militaire vliegtuigen verkocht aan een land buiten de Unie; en de douaneregelingen:

 -          brengen in het vrije verkeer anders dan bij de wederinvoer na tijdelijke uitvoer door militaire autoriteiten van een lidstaat;

 -          actieve veredeling;

 -          passieve veredeling; 

 -          douane-entrepot.

 In dit hoofdstuk is een algemene toelichting bij het formulier 302 opgenomen. Hoofdstuk 2 geeft een toelichting bij de douaneregelingen en douaneprocedures. Hoofdstuk 3 geeft een toelichting bij het gebruik van het formulier 302.

Naar boven

1.2 De Formulieren

Het formulier 302 kent de volgende verschijningsvormen

Naar boven

1.2.1 NAVO 302

 De rechtsgrondslag van het NAVO 302 is het Verdrag tussen de Staten die partij zijn bij het Noord-Atlantisch Verdrag nopens de rechtspositie van hun strijdkrachten, ondertekend in Londen op 19 juni 1951 (NAVO-Statusverdrag). Het formulier kan door of namens de NAVO-strijdkrachten worden gebruikt voor grensoverschrijdend verkeer van goederen die worden vervoerd of gebruikt in het kader van militaire activiteiten op grond van het Noord-Atlantisch Verdrag, ondertekend in Washington D.C. op 4 april 1949.

 Daarnaast is van belang het Verdrag tussen de Staten die Partij zijn bij het Noord-Atlantisch Verdrag en de overige Staten die deelnemen aan het Partnerschap voor de Vrede nopens de rechtspositie van hun krijgsmachten. Dit verdrag is van toepassing op de rechtspositie van de krijgsmachten van die staten die deelnemen aan het Partnerschap voor de Vrede (PvV). Hiermee zijn de bepalingen van het NAVO-Statusverdrag ook van toepassing op landen die geen lid zijn van de NAVO maar wel deelnemen aan het PvV, waardoor ze ook het formulier 302 kunnen gebruiken.

Naar boven

1.2.2 NL 302

In de praktijk heeft elke partij bij de NAVO een eigen versie van het formulier 302.  De door Nederland gebruikte versie van dit NAVO 302 is de NL 302.

Naar boven

1.2.3 EU 302

 De wettelijke basis van het EU 302 is Verordening (EU) nr. 952/2013.

 Het EU 302 is opgenomen in bijlage 52-01 GVo.DWU en wordt gebruikt door of namens de nationale bevoegde militaire autoriteiten van een lidstaat voor goederen die worden vervoerd of gebruikt in het kader van militaire activiteiten. Het gebruik van het formulier is niet verplicht. Er mag ook op andere wijze aangifte worden gedaan.

 (artikel 1, punt 51 GVo.DWU)

Naar boven

1.3 Vervoer en gebruik van goederen in het kader van militaire activiteiten

 Goederen die in het kader van militaire activiteiten worden vervoerd of gebruikt zijn gedefinieerd als: goederen die worden vervoerd of gebruikt:

 a.        voor activiteiten die zijn georganiseerd door of onder toezicht vallen van de militaire autoriteiten van een of meer lidstaten of van een derde land waarmee een of meer lidstaten een overeenkomst hebben gesloten om militaire activiteiten te verrichten binnen het douanegebied van de Unie, of

 b.        in het kader van ondernomen militaire activiteiten:

 -          op grond van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid van de Europese Unie (GVDB), of

 -          op grond van het Noord-Atlantisch Verdrag, ondertekend op 4 april 1949 te Washington D.C.

 (artikel 1, punt 49 GVo.DWU)

 Militaire goederen die in het kader van commerciële doeleinden worden vervoerd, zijn daardoor uitgesloten van deze regelingen.

 De binnenkomst in het douanegebied van de Unie van wapens en ander militair materieel die tijdens een missie in beslag zijn genomen, valt buiten het toepassingsgebied van het formulier 302. Dergelijke goederen zijn onderworpen aan de standaard douaneregels en -procedures of, indien van toepassing, aan de specifieke procedure voor de schorsing van invoerrechten op bepaalde wapens en militaire uitrusting waarin is voorzien in Verordening 150/2003 van de Raad.

Naar boven

1.4 Bij het proces betrokken personen

 Voor de toepassing van de regeling en de behandeling van de formulieren 302 verstaat het Handboek Douane onder militaire autoriteiten:

 de commandanten of de door hen aangewezen functionarissen van de militaire organisaties.

 Het is aan de medewerkers van de aangewezen douanekantoren om met de militaire autoriteiten te bepalen wie is, of worden aangewezen om de formulieren 302 op te maken en om hierover procedureafspraken te maken.

 (artikelen 220 bis, 220 ter, 221, leden 5 en 6, 286 en 286 bis UVo.DWU)

 Voor het NAVO 302 zal het in de regel de bevoegde commandant zijn van de in Nederland gevestigde (militaire) organisatie, die bevoegd is om in het kader van de in paragraaf 1.2.1 genoemde militaire activiteiten deze formulieren op te (laten) maken. Voor zover dit de NL302 betreft is, zal dit een commandant zijn die namens het Nederlandse Ministerie van Defensie bevoegd is.

 Voor het EU 302 zal dit een commandant zijn die namens het Nederlandse Ministerie van Defensie bevoegd is om in het kader van de in paragraaf 1.2.2 genoemde militaire activiteiten deze formulieren op te (laten) maken.

 De volgende personen kunnen betrokken zijn bij het proces van het opmaken en behandelen van de formulieren 302:

 - militair of personeel van de civiele component (d.w.z. personeel van het ministerie van Defensie/ambtenaren);

 - douanebeambten/-ambtenaren aangewezen door de nationale douaneautoriteit die betrokken is bij de militaire activiteit; of

 - logistiek dienstverleners. Deze laatste mogen het ingevulde EU 302 zoals verstrekt door de militaire autoriteit gebruiken, maar mogen deze niet zelf invullen of wijzigen.

 Wanneer goederen die worden vervoerd of gebruikt in het kader van militaire activiteiten onder dekking van een formulier 302 worden aangeboden aan de Douane, wordt als aangever beschouwd de persoon die heeft verklaard dat:

 - de daarin beschreven zending wordt vervoerd onder het gezag van het leger; en

 - alleen goederen bevat voor hun gebruik zonder enige commerciële opzet.

 Indien een douaneschuld ontstaat, zijn de bepalingen van titel III, hoofdstuk 1 DWU van toepassing, met name artikel 77, lid 3, artikel 79, leden 3 en 4, 80, 81, 82 en 84 DWU betreffende de identificatie van de schuldenaar.

Naar boven

1.5 Gebruik van de formulieren 302

1.5.1 Gebruik van de formulieren door buitenlandse strijdkrachten van buiten de Unie

Buitenlandse strijdkrachten die goederen aangeven vallen onder het NAVO-Statusverdrag wat in dit geval de rechten voor de bezoekende strijdkrachten regelt. Zij kunnen het NAVO 302 gebruiken bij zowel de inkomende, als uitgaande goederenbeweging. In specifieke gevallen kunnen buitenlandse strijdkrachten van buiten de EU ook gebruik maken van het EU 302 maar dit zal in de praktijk niet vaak voorkomen. Dit is bijvoorbeeld het geval als militaire activiteiten die zijn georganiseerd door een of meerdere lidstaten door een derde land worden uitgevoerd op het grondgebied van de Unie.

Naar boven

1.5.2 Gebruik van de formulieren door EU-strijdkrachten

 De keuze voor het gebruik van het EU 302 of het NAVO 302 is afhankelijk van het soort militaire activiteiten waarvoor de goederen worden vervoerd of gebruikt.

 Strijdkrachten van EU-lidstaten kunnen gebruik maken van het EU 302 voor grensoverschrijdend verkeer (zowel binnenkomende als uitgaande goederenbewegingen) van te vervoeren of te gebruiken goederen:

 -          bij de activiteiten georganiseerd door of onder toezicht van de relevante militaire autoriteiten van een of meer lidstaten, of van een derde land waarmee een of meer lidstaten een overeenkomst hebben gesloten voor het uitvoeren van militaire activiteiten binnen het douanegebied van de Unie; of

 -          in het kader van alle militaire activiteiten die worden ondernomen in het kader van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid van de Europese Unie (GVDB)

 Het NAVO 302 kan door de EU-lidstaten worden gebruikt voor goederenbewegingen in het kader van militaire activiteiten op grond van het Noord-Atlantisch verdrag. Zo zal een NAVO 302 worden gebruikt als dit in het land van bestemming ook nog moet dienen voor de formaliteiten bij binnenkomst. Het NAVO formulier kan ook gebruikt worden door EU strijdkrachten van lidstaten die geen lid zijn van de NAVO, maar wel deelnemen in het eerder genoemde Partnerschap voor Vrede (PvV). Binnen de Unie is alleen Cyprus niet aangesloten, waardoor praktisch gezien goederen met een NAVO 302 in de gehele Unie kunnen worden verplaatst of gebruikt in het kader van militaire activiteiten ondernomen in het kader van het Noord-Atlantisch Verdrag.

 Het gebruik van het NAVO 302 is niet verplicht. Er mag ook op andere wijze aangifte worden gedaan.

Naar boven

1.5.3 Gebruik van de formulieren door de Nederlandse strijdkrachten

Voor de Nederlandse strijdkrachten geldt hetzelfde als voor de andere EU-lidstaten voor wat betreft het gebruik van het EU 302. Dit kan worden gebruikt voor zowel inkomende als uitgaande goederenbewegingen. De Nederlandse strijdkrachten zullen gebruik maken van het NAVO 302 als het formulier ook in andere landen moet dienen voor het verrichten van formaliteiten. Het NL 302 is het formulier dat als NAVO 302 wordt gebruikt en als zodanig te onderscheiden is van het EU 302. Het is aan Defensie Nederland om te bepalen vanuit de gegeven opdracht in welke situaties Defensie Nederland het EU 302 gebruikt. Trainingsmissies vallen binnen de kaders waarmee Defensie Nederland het EU 302 kan gebruiken

Naar boven

1.6 De vereenvoudigingen

Het gebruik van het formulier 302 voorziet in vereenvoudigingen van aangifteprocedures, zoals bij binnenbrengen, uitgaan en het plaatsen van goederen onder een douaneregeling.

 Goederen onder dekking van een NAVO 302 worden geacht te zijn aangegeven overeenkomstig artikel 141, lid 6 GVo.DWU door deze goederen aan te brengen. Voor goederen onder dekking van een EU 302 geldt dit op grond van artikel 141, lid 7 GVo.DWU.

 Zie hoofdstuk 2 van dit onderdeel voor het gebruik van het formulier voor de afzonderlijke regelingen.

 Een formulier 302 kan ook worden gebruikt voor de levering van goederen door een militaire afdeling aan militaire vliegtuigen of militaire vaartuigen.

Naar boven

1.7 Zekerheid

 Militaire organisaties zijn ontheven van het stellen van zekerheid voor een bestaande of nog mogelijk te ontstane douaneschuld.

 (artikel 89, lid 7 DWU)

Naar boven

1.8 Verzegeling van militaire zendingen

 De Douane behoudt te allen tijde het recht militaire goederen te verzegelen. Over het algemeen kan de Douane de bepaling over verzegeling bij douanevervoer toepassen op goederen die worden vervoerd in het kader van militaire activiteiten. Zij besluit dan de goederen niet te verzegelen en in plaats daarvan te vertrouwen op de omschrijving van de goederen in formulier 302, of in de aanvullende documenten. Voorwaarde is dan dat de beschrijving voldoende nauwkeurig is om de goederen gemakkelijk te kunnen identificeren (denk aan aard van de goederen en hoeveelheid) en de aangever eventuele bijzonderheden zoals volgnummers van de goederen vermeldt.

 (artikel 192 DWU)

Naar boven

1.9 Binnenkomen en uitgaan

 Wat betreft de risicoanalyse door de Douane ten behoeve van veiligheid, worden goederen die worden vervoerd of gebruikt in het kader van militaire activiteiten onder geleide van een formulier 302 vrijgesteld van de verplichting om een summiere aangifte bij binnenbrengen in te dienen en vrijgesteld van het indienen van een aangifte vóór vertrek.

 (artikelen 104, lid 1, onder h) en 245, lid 1, onder i) GVo.DWU)

Naar boven

1.10 Eén grondgebied voor doorvoerdoeleinden

 Wanneer goederen onder geleide van een formulier 302 van het ene naar het andere punt in het douanegebied van de Unie worden vervoerd, wordt het douanegebied van de Unie voor de toepassing van dat vervoer beschouwd als één enkel gebied.

 (artikel 228 DWU)

Naar boven

1.11 Aangewezen douanekantoor

 De lidstaten wijzen een douanekantoor of douanekantoren aan die verantwoordelijk is / zijn voor de douaneformaliteiten en douanecontroles met betrekking tot goederen die in het kader van militaire activiteiten worden vervoerd, gebruikt of verbruikt.

 Het is daarbij van belang onderscheid te maken tussen de kantoren die zijn aangewezen voor het doen van de aangiften en de controlekantoren. Bijlage 1 van de Algemene Douaneregeling (ADR) wijst de kantoren aan waar goederen kunnen worden geplaatst onder een douaneregeling. Dit is verder uitgewerkt in de Kantorenlijst. Bij de meeste kantoren staat vermeld dat die zijn aangewezen voor het doen van alle aangiften, dus inclusief een formulier 302.

 Er zijn in de Kantorenlijst twee kantoren aangewezen als controlekantoren voor militaire goederen. Deze douanekantoren verrichten de werkzaamheden van het controlekantoor van een vergunninghouder van een bijzondere regeling.

 Douanekantoor Brunssum is aangewezen voor de door de buitenlandse strijdkrachten gebruikte formulieren 302. Voor de door de Nederlandse defensie gebruikte formulieren 302 is douanekantoor Amsterdam aangewezen.

 (artikel 1, lid 36 GVo.DWU en artikel 221, leden 5 en 6 UVo.DWU)

 Het is aan het aangewezen controlekantoor om samen met de militaire autoriteiten te bepalen wie is of worden aangewezen namens de militaire autoriteiten om de formulieren 302 op te maken en procedureafspraken te maken.

 De procedures voor het NAVO 302 en het EU 302 zijn feitelijk gelijk. Dit geldt ook voor de te maken afspraken over procedures.

 Dit zijn onder meer afspraken over:

 -          waarmerken vooraf van het formulier 302;

 -          momenten van aanbieden vooraf ter waarmerking;

 -          momenten van aanbrengen en viseren bij verzending;

 -          momenten van aanbrengen en viseren bij bestemming;

 -          terugzending naar aangewezen douanekantoren;

 -          specifieke procedure afspraken over douaneprocedures en -regelingen beschreven in het volgende hoofdstuk van dit onderdeel;

 -          aankondiging van douanecontroles;

 -          plaatsen van douanecontroles.

 (artikelen 220 bis, 220 ter, 286 en 286 bis UVo.DWU)

Naar boven