Country-by-Country reporting (CbC)
Vanaf 1 januari 2016 geldt voor multinationale ondernemingen met een omzet vanaf € 750 miljoen een gestandaardiseerde documentatieverplichting: Country-by-Country (CbC) reporting. CbC-reporting is de implementatie van actiepunt 13 van het OESO Base Erosion and Profit Shifting (BEPS) project.
Volgens CbC-reporting moet de rapporterende entiteit van de multinationale onderneming jaarlijks een landenrapport aanleveren bij de belastingautoriteit in het land waarvan deze entiteit fiscaal inwoner is. De rapporterende entiteit is de uiteindelijke moederentiteit, de surrogaatmoederentiteit, of een andere groepsentiteit.
Wat staat er in het landenrapport?
In het landenrapport moet informatie staan over bijvoorbeeld:
- de winsten die in de verschillende belastingjurisdicties zijn behaald
- de omzet van gelieerde en niet-gelieerde transacties
- betaalde belastingen
- het aantal medewerkers
- de waarde van de materiële activa
- de lokale activiteiten
Voor het landenrapport heeft de OESO een sjabloon ontwikkeld dat Nederland ook gebruikt. Het landenrapport wordt vervolgens automatisch uitgewisseld tussen de belastingdiensten van de verschillende landen.
Notificeren
Entiteiten van de multinationale onderneming die in Nederland gevestigd zijn, moeten aan de Belastingdienst melden welke entiteit binnen de multinationale onderneming het landenrapport zal indienen en in welk land. Deze notificatie moet uiterlijk op de laatste dag van elk verslagjaar door de Belastingdienst zijn ontvangen.
De rapporterende entiteit moet notificeren in het formulier CbC Notificaties. Op dit portaal staat ook een lijst met veel gestelde vragen en antwoorden over de notificatie.
Samenstellen en aanleveren landenrapport
Handleidingen met specificaties voor het samenstellen van het landenrapport staan op de website Ondersteuning Digitaal Berichtenverkeer (ODB). Het landenrapport aanleveren moet via Digipoort van Logius.
Software ontwikkelen
Bent u softwareontwikkelaar en gaat u voor het omzetten van het landenrapport software in XML ontwikkelen? Of gaat u dit als onderneming zelf doen? Dan kunt u zich voor de specificaties en voor ondersteuning aanmelden bij Ondersteuning Digitaal Berichtenverkeer. Meer informatie vindt u op de website Ondersteuning Digitaal Berichtenverkeer (ODB). Of neem contact op met de servicedesk via: servicedesk.odb@belastingdienst.nl
Groepsdossier en lokale dossier
Naast CbC-reporting zijn er nog 2 gestandaardiseerde documentatieverplichtingen die voortkomen uit actiepunt 13 van het OESO BEPS project en die zijn geïmplementeerd in de Nederlandse wet. Dit zijn:
- het groepsdossier
- het lokale dossier
Kort gezegd geldt de verplichting om een groepsdossier en een lokaal dossier op te stellen, in Nederland alleen voor groepsentiteiten van een multinationale onderneming die ten minste € 50 miljoen aan geconsolideerde groepsopbrengsten heeft behaald. Beide dossiers moeten zijn opgenomen in de lokale administratie en kunnen door de Belastingdienst worden opgevraagd. Het groepsdossier en het lokale dossier zijn bedoeld om de gehanteerde verrekenprijzen te kunnen onderbouwen. In het groepsdossier neemt u een overzicht op van het verrekenprijsbeleid van de gehele onderneming. In het lokale dossier neemt u de intra-groepstransacties van de lokale vestiging op.
Hebt u nog vragen?
Hebt u een inhoudelijke vraag over de CbC-regelgeving? Bijvoorbeeld over de notificatie of over gebruikte definities in het landenrapport, groepsdossier en lokale dossier? Neem dan contact op met uw klantcoördinator bij de Belastingdienst. U kunt uw vraag ook per e-mail stellen aan het CbC-team binnen de Belastingdienst via: CBC-reporting@belastingdienst.nl
Hebt u een IT-gerelateerde vraag over het invullen of indienen van het landenrapport? Bijvoorbeeld over de vereiste technische specificaties van de verschillende velden? Dan kunt u per e-mail uw vraag stellen aan de servicedesk via: servicedesk.odb@belastingdienst.nl