Belastingdienst

Javascript staat uit in deze internetbrowser. U moet Javascript activeren om onze internetsite te zien.

14.50.00 Douanevoervoer – TIR

6 Vereenvoudigde procedure

6.1 Algemeen

In de tekst die volgt zal de volledige benaming van de Vergunning voor de status van toegelaten geadresseerde voor TIR-operaties zoveel als mogelijk worden ingekort tot vergunning toegelaten geadresseerde TIR-operatie.

Alleen van toepassing als alle goederen welke worden vervoerd onder de TIR-operatie rechtstreeks bij een vergunninghouder toegelaten geadresseerde voor onder de TIR-operatie vervoerde goederen worden afgeleverd Als er meerdere plaatsen van lossing zijn, dan geldt dit alleen voor de laatste plaats van lossing.(artikel 282 UVo.DWU)

Let op!

De vereenvoudigingmaatregelingen die voortvloeien uit de vergunning voor de status van toegelaten geadresseerde voor Uniedouanevervoer (zie onderdeel 14.45.00 van dit Handboek) zijn niet van toepassing op het vervoer van goederen onder de TIR-operatie, tenzij in het onderhavige hoofdstuk anders is vermeld.

Naar boven

6.2 Doelgroep

6.2.1 Voor wie is de regeling bedoeld

Goederen bestemd voor een toegelaten geadresseerde voor TIR-operaties mogen rechtstreeks naar een van de in de vergunning toegelaten geadresseerde voor TIR-operaties aangewezen locaties worden vervoerd.

De vergunning toegelaten geadresseerde voor TIR-operaties is vooral van belang voor:

  1. vergunninghouders die op grond van de vergunning inschrijving in de administratie van de aangever voor het in het vrije verkeer brengen of plaatsing douane-entrepot hebben;

  2. douane-expediteurs die de formaliteiten bij het aanbrengen willen vereenvoudigen, door goederen in ontvangst te nemen in zijn bedrijfsruimte of op andere aangewezen plaatsen en aan de goederen onmiddellijk de opvolgende douaneregeling in het vrije verkeer brengen willen geven door het doen van een aangifte in het AGS.

Naar boven

6.2.2 Meerdere locaties

Houders van de vergunning toegelaten geadresseerde TIR-operatie mogen meerdere locaties in hun vergunning laten opnemen als aangewezen locaties voor het vervullen van de formaliteiten als de aanvrager voldoende heeft aangetoond op welke wijze hij zijn verplichtingen, voortvloeiend uit de wettelijke bepalingen en de vergunning, per aan te wijzen locatie gaat nakomen.

(artikel 187, lid 3 GVo. DWU)

Naar boven

6.3 De regeling toegelaten geadresseerde voor TIR-operaties

De vereenvoudiging van de formaliteiten bij aankomst voor de vergunninghouder toegelaten geadresseerde TIR-operatie zijn:

  • zelf goederen in ontvangst nemen op één van de in de vergunning opgenomen aangewezen locaties, zonder tussenkomst van de Douane;

  • zelf na toestemming van de Douane de verzegeling verwijderen.

De vereenvoudigingen hebben géén betrekking op de zuiveringsprocedure. De houder van een vergunning toegelaten geadresseerde TIR-operatie kan alleen het douanevervoer beëindigen. De datum van beëindiging van dit douanevervoer is de datum van aanbrengen in een in de vergunning aangewezen locatie van het TIR-carnet met de goederen en het wegvoertuig. (artikel 282 UVo. DWU)

Let op!

Het afstempelen van het TIR carnet en de vervolghandelingen ter aanzuivering van de TIR-regeling moeten worden uitgevoerd door het douanekantoor van bestemming. Zij handelen hierbij overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 5.2.1 en volgende van dit onderdeel. De vergunninghouder toegelaten geadresseerde TIR-operatie onthoudt zich van het stellen van aantekeningen op het TIR carnet. De vergunninghouder biedt het TIR carnet binnen 14 dagen na het aanbrengen, aan bij een in de Kantorenlijst Douane opgenomen douanekantoor.. Na afstempeling van het TIR carnet en het vervullen van administratieve handelingen door de Douane, zal de Douane het TIR carnet teruggeven aan de vergunninghouder. De Douane merkt de vergunninghouder aan als vertegenwoordiger van de houder van het TIR carnet.

Let op!

Het aanbieden van het TIR carnet mag op een douanekantoor dat op de logistieke route het meest voor de hand liggend is. Dit is wel een verantwoordelijkheid van de vergunninghouder van de vergunning toegelaten geadresseerde TIR-operatie.

Naar boven

6.4 Aanvragen vergunning

De belanghebbende kan een vergunning toegelaten geadresseerde TIR-operatie aanvragen bij de Douane. De aanvrager moet de aanvraag indienen bij de douaneautoriteit die bevoegd is over de plaats waar de aanvrager is gevestigd. In de vergunning wordt voor elke locatie afzonderlijk het bevoegde douanekantoor van bestemming opgenomen. (artikel 230 DWU; artikel 186 GVo. DWU)

De aanvrager vraagt de vergunning aan via het EU Trader Portal. De invulinstructie van de aanvraag en de toelichting bij deze vergunning is te vinden op www.douane.nl.

Naar boven

6.5 Voorwaarden verlenen vergunning

6.5.1 Algemene voorwaarden

Voor het verkrijgen van de vergunning toegelaten geadresseerde TIR- operatie moet de aanvrager aan de volgende voorwaarden voldoen::

  • hij moet in de Unie zijn gevestigd;

  • hij moet verklaren geregeld goederen te ontvangen die onder de TIR-regeling zijn geplaatst en van wie het de douaneautoriteiten bekend is dat zij de uit deze regeling voortvloeiende verplichting kunnen nakomen;

  • voldoen aan de in artikel 39, onder a), b) en d) DWU vastgestelde criteria. Deze zijn verder uitgewerkt in onderdeel 2.50.00 van dit Handboek,

  • een administratie voeren aan de hand waarvan de douaneautoriteiten een doeltreffende controle kunnen verrichten;

  • gebruikmaken van DVA om met het douanekantoor van bestemming te communiceren.

Daarnaast moeten de douaneautoriteiten het gebruik van de regeling kunnen controleren zonder dat zij daarvoor administratieve maatregelen moeten treffen die niet in verhouding staan tot de behoeften van de betrokkenen. Er is hier sprake van een kosten baten analyse, wat kost het de douane om een dergelijke controle uit te voeren en staat dat in verhouding met de behoeften van de belanghebbende.

(artikel 187 GVo.DWU)

Naar boven

6.5.2 Aanwijzen locaties

Aangewezen locaties

In de aanvraag mag de aanvrager alleen die locaties opnemen die door de aanvrager zelf in gebruik zijn of locaties waar de goederen in opdracht van derden worden gelost en de aanvrager zijn wettelijke- en vergunningsverplichtingen kan nakomen.

Paragraaf 2.1.3 onderdeel 14.45.00 van dit Handboek Douane is van overeenkomstige toepassing op de vergunning toegelaten geadresseerde TIR- operatie.

Naar boven

6.6 Administratieve eisen bij vergunning toegelaten geadresseerde TIR operatie

De administratie van de vergunninghouder moet zodanig zijn ingericht dat verband kan worden gelegd tussen de aangiften, de goederenbeweging, de opvolgende douaneregeling of wederuitvoer en de voorraadadministratie.

Per zending goederen wordt een dossier gemaakt. Dit dossier dient minimaal de volgende gegevens te bevatten:

  • originele emailbericht aankomst indien er sprake is van toepassing noodprocedure;

  • originele melding aan de Douane van bevonden onregelmatigheden (uitdraai DVA);

  • ontvangen bericht(en) van de Douane naar aanleiding van de meldingen door vergunninghouder;

  • een kopie van het Begeleidingsdocument vervoer/veiligheid dat gehecht is aan het evenblad van het TIR carnet;

  • duidelijk leesbare kopie van het even blad van het TIR carnet alsmede van de voorzijde van de kaft van het TIR carnet;

  • kopie van de vrachtbrief;

  • het aangiftesoort en - nummer voor de opvolgende douaneregeling of - verwijzing naar het opslagdossier indien het opslag in entrepot betreft;

  • registratie van de data en tijd waarop de vergunninghouder de gegevens administratief heeft verwerkt;

  • de opdracht tot het in ontvangst nemen van de aangifte en goederen;

  • een kopie van het op verzoek van de houder van het TIR carnet afgegeven ontvangstbewijs.

De dossiers moeten op overzichtelijke wijze toegankelijk zijn voor controle door de bevoegde douaneautoriteiten.

Naar boven

6.7 Bepalingen in de vergunning

6.7.1 Inleiding

Het bevoegde douanekantoor geeft de vergunning af in het Customs Decisions Management System, CDMS.

Naar boven

6.7.2 De vrijgave van de goederen

Als de gegevensset TIR carnet is opgenomen in DVA en het begeleidingsdocument vervoer/veiligheid is aan het evenblad van het TIR carnet gehecht, dan gelden de termijnen voor vrijgave van DVA. In het geval van de noodprocedure geldt de regeling Noodprocedure DVA voor de status van toegelaten geadresseerde TIR operatie zoals gepubliceerd op internet www.douane.nl/naslagwerken/noodprocedures

Naar boven

6.8 Afgifte van de vergunning

De Douane legt deze vergunning vast in het Customs Decisions Management system, CDMS. CDMS verstrekt het vergunningnummer.Het nummer van de af te geven Vergunning toegelaten geadresseerde TIR-operatie kent de opbouw die is beschreven in paragraaf 2.4 van het onderdeel 14.45.00 van het Handboek Douane. De paragrafen 2.4 en 2.5 van het onderdeel 14.45.00 van het Handboek Douane zijn van overeenkomstige toepassing.

Naar boven

6.9 Gebruik van de vergunning toegelaten geadresseerde TIR-operatie

6.9.1 Procedure bij aankomst van goederen

In de vergunning is opgenomen welk douanekantoor van bestemming bevoegd is voor de locatie waar de goederen worden aangebracht. Als goederen, vervoerd onder de TIR-operatie, met een TIR carnet aankomen bij een vergunninghouder toegelaten geadresseerde TIR-operatie, stelt de vergunninghouder het bevoegde douanekantoor van bestemming in kennis van de aankomst van de goederen door de aankomst van de goederen te melden in DVA.

Als de goederen zijn vervoerd met de noodprocedure wordt de kennisgeving van aankomst schriftelijk of via email ingediend op het douanekantoor. Op www.douane.nl naslagwerken/noodprocedures staat welk gegevens de kennisgeving moet omvatten.

De vergunninghouder begint pas met lossing van de goederen nadat de Douane het bericht "toestemming tot lossen" heeft gestuurd. De vergunninghouder vermeldt de resultaten van het lossen onverwijld in zijn administratie. Uiterlijk na drie dagen moet de vergunninghouder toegelaten geadresseerde TIR-operatie het lossingsresultaat inbrengen in DVA. (artikel 282 UVo. DWU)

Naar boven

6.9.2 Onregelmatigheden

In geval van onregelmatigheden is de vergunninghouder verplicht om dit direct na constatering te melden op het bevoegde douanekantoor van bestemming en in te brengen in DVA onder controleresultaat van de lossing.

Onregelmatigheden kunnen zijn:

  • constatering dat de verzegeling niet meer in tact is of op andere wijze geschonden;

  • verschillen in de goederensoort (afwijking van goederenmanifest TIR carnet en hetgeen aanwezig is);

  • verschillen in aantal colli (overschotten en tekorten);

  • verschil in gewicht (overschotten en tekorten);

  • etc.

Zodra de vergunninghouder een onregelmatigheid heeft gemeld moet de vergunninghouder de aangevangen werkzaamheden staken en de komst van de Douane afwachten.

In het geval dat de Douane beslist dat géén nadere controle noodzakelijk is, geeft de Douane per omgaande schriftelijk bericht aan de vergunninghouder dat de onregelmatigheid is gemeld en dat toestemming wordt verleend om door te gaan met de aangevangen werkzaamheden met betrekking tot de aangebrachte goederen.

Let op!

Maakt de vergunninghouder een melding van een geschonden of verbroken verzegeling dan stelt de Douane altijd een onderzoek in omdat er sprake is van een strafbaar feit. (artikel 10:8 Algemene douanewet)

Worden de onregelmatigheden door de Douane bij controle vastgesteld, dan maakt de douanemedewerker die de bevinding heeft gedaan een aantekening op het TIR carnet volgens het bepaalde in paragraaf 5.2.1 van dit onderdeel. Als de gegevensset door de Douane in DVA in controle is gezet, maakt de douanemedewerker ook een aantekening in DVA. Als naar aanleiding van een door de vergunninghouder gemelde onregelmatigheid géén controle is ingesteld, moet op het TIR carnet wel de onregelmatigheid worden aangetekend overeenkomstig paragraaf 5.2.1 van dit onderdeel. Omdat de melding van de onregelmatigheid door de vergunninghouder altijd schriftelijk moet plaatsvinden, worden deze gegevens gebruikt zodra de vergunninghouder het TIR carnet aanbiedt op het douanekantoor van bestemming om deze van de vereiste aantekeningen te voorzien.

Naar boven

6.9.3 Afgifte ontvangstbewijs

Op verzoek van de houder van het TIR carnet geeft de vergunninghouder een ontvangstbewijs af dat onder meer gegevens bevat over:

  • nummer van het TIR carnet;

  • kentekenregistratie van vervoermiddel (ook oplegger) en/of container waarmee de goederen bij de locatie worden aangebracht;

  • datum van aankomst bij vergunninghouder;

  • datum van opneming in de administratie

  • controleresultaat van de verzegeling (gegevens over de aangebrachte verzegeling en de staat waarin deze zich bevonden);

  • naam en adres gegevens van vergunninghouder alsmede zijn vergunningnummer;

  • op welke locatie de goederen in ontvangst zijn genomen;

  • het begeleidingsdocument douanevervoer/veiligheid.

Het ontvangstbewijs is een kopie van de kennisgeving van aankomst zoals beschreven in paragraaf 8.11.1.

Het ontvangstbewijs kan door de houder van het TIR carnet niet worden gebruikt als bewijs van beëindiging van de TIR-operatie. (artikel 282, lid 4 UVo. DWU)

Naar boven

6.9.4 Kiezen opvolgende douaneregeling of wederuitvoer na aankomst

Na de aankomst van de goederen bij de vergunninghouder en het verkrijgen van de toestemming tot lossen, bevinden de goederen zich in de status van tijdelijk opslag onder verantwoordelijkheid van de vergunninghouder toegelaten geadresseerde TIR. (artikel 141, lid 2 DWU)

De vergunninghouder moet de goederen onder een douaneregeling plaatsen of wederuitvoeren. Vaak is dit plaatsing onder de douaneregeling douane-entrepot of in het vrije verkeer brengen. Uiteraard zijn de bepalingen van de opvolgende douaneregeling waaronder de vergunninghouder de goederen wenst te plaatsen van toepassing.

De vergunninghouder vermeldt overeenkomstig 14.45.00, paragraaf 4.4 van dit Handboek de opvolgende regeling.

Naar boven