25.00.00 Terugkerende goederen
5 Pleziervaartuigen en andere vervoermiddelen
5.1 Pleziervaartuigen
Vrijstelling van rechten bij invoer en omzetbelasting kan worden verleend als pleziervaartuigen weder in het douanegebied
van de Unie in het vrije verkeer worden gebracht. De pleziervaartuigen moeten eerder uit het vrije verkeer van de Unie zijn
uitgevoerd. De omzetbelasting ter zake van de pleziervaartuigen moet reeds eerder zijn betaald en niet zijn terugbetaald.
Een (kopie) exemplaar van de exporteur van de aangifte ten uitvoer en/of een inlichtingenblad INF 3 behoeven niet te worden
overgelegd.
(artikel
848, lid 1, TVo. CDW en artikelen 7:26 en 7:28, lid 1, letter e, Algemene douneregeling)
De uitvoer uit het vrije verkeer van pleziervaartuigen kan echter op verschillende manieren worden aangetoond, onder andere door de twee bescheiden die hierna worden genoemd.
Bewijs uitvoer uit vrije verkeer pleziervaartuig |
Zie paragraaf |
---|---|
Enig document |
5.2 |
Verklaring voor een pleziervaartuig |
5.3 |
5.2 Enig document
De uitvoer uit het vrije verkeer van het douanegebied van de Unie van een pleziervaartuig kan bijvoorbeeld worden aangetoond met het (kopie) exemplaar van de exporteur van het Enig document waarmee dat pleziervaartuig eerder voor het vrije verkeer is aangegeven en de rechten bij invoer zijn betaald. Er dient evenwel geen terugbetaling daarvan te hebben plaatsgevonden. Overigens moet ook de omzetbelasting zijn geheven en niet zijn terugbetaald (zie artikel 7:26, lid 2, Algemene douaneregeling).
Naar boven5.3 Verklaring voor een pleziervaartuig
De uitvoer uit het vrije verkeer van het douanegebied van de Unie van een pleziervaartuig kan bijvoorbeeld worden aangetoond met een door de Douane in Nederland afgegeven Verklaring voor een pleziervaartuig.
Op verzoek van een particulier, welk verzoek met behulp van een formulier (van het model van bijlage 2) wordt gedaan, kan een Verklaring voor een pleziervaartuig worden afgegeven (zie hiervoor bijlage 3).
Hierbij moeten bescheiden worden overgelegd waaruit kan worden afgeleid dat ter zake van dat pleziervaartuig de omzetbelasting
in Nederland is geheven en waarvan geen terugbetaling heeft plaatsgevonden (zie artikel 7:26, lid 2, Algemene douaneregeling). In voorkomend geval geldt dit ook voor de rechten bij invoer.
Het voorgaande kan worden aangetoond aan de hand van handelsfactuur, koopovereenkomst, scheepsdocument, verzekeringsbewijs,
identiteitsbewijs (zie model bijlage 5) of aangifte voor het vrije verkeer (exemplaar van de aangever van het Enig document).
In de volgende situaties kan geen verklaring worden afgegeven:
-
ingeval een handelsfactuur wordt overgelegd waarin is vermeld dat de levering van het pleziervaartuig exclusief omzetbelasting heeft plaatsgevonden;
-
ingeval een handelsfactuur wordt overgelegd waarin is vermeld dat het pleziervaartuig zal worden uitgevoerd;
-
ingeval alleen bescheiden van registratie worden overgelegd, zoals een IPC/ICP (Internationaal pleziervaartuigen certificaat), vlaggebrief, meetbrief of zeebrief;
-
in geval het een nieuw pleziervaartuig is.
Deze bescheiden kunnen niet dienen als bewijs van de fiscale herkomst van het pleziervaartuig.
De verklaring heeft betrekking op een pleziervaartuig en eventuele navigatie- en communicatieapparatuur, inventaris, zeilen
en dergelijke die onder "bijzonderheden" op het formulier kunnen worden vermeld. Op verzoek kunnen onder "bijzonderheden"
eveneens de persoonlijke gegevens van belanghebbende worden vermeld. Een verklaring voor een pleziervaartuig is voor onbepaalde
termijn geldig. Bij verkoop van het pleziervaartuig aan een andere particulier kan hem de verklaring worden meegegeven.
5.4 Andere vervoermiddelen
Vrijstelling van rechten bij invoer en omzetbelasting kan worden verleend als andere vervoermiddelen dan bedoeld in de hoofdstukken
2 tot en met 4 en pleziervaartuigen (paragraaf 5.1), zoals vrachtschepen, weder in het douanegebied van de Unie in het vrije
verkeer worden gebracht. Deze vervoermiddelen moeten eerder uit het vrije verkeer van de Unie zijn uitgevoerd. De omzetbelasting
ter zake van de vervoermiddelen moet reeds eerder zijn betaald en niet zijn terugbetaald.
Een (kopie) exemplaar van de exporteur van de aangifte ten uitvoer en/of een inlichtingenblad INF 3 behoeven niet te worden
overgelegd.
(artikel
848, lid 1, TVo. CDW en artikelen 7:26 en 7:28, letter e, Algemene douaneregeling)
5.5 Zekerheidstelling
Bij twijfel of een vervoermiddel voldoet aan de voorwaarden voor de vrijstelling bij terugkerende goederen, kan bij het in
het vrije verkeer brengen van de Unie zekerheid moeten worden gesteld voor de rechten bij invoer en belastingen. De belanghebbende
kan binnen drie maanden een verzoek indienen om voor het vervoermiddel alsnog vrijstelling te verlenen, mits hij daarbij aantoont
dat aan de voorwaarden is voldaan.
(artikel 7:28, lid 2, Algemene douaneregeling)
De zekerheid wordt berekend naar de waarde en het tarief dat geldt op de dag waarop de belanghebbende het vervoermiddel in
het vrije verkeer van de Unie heeft gebracht.
5.6 Verklaring voor een pleziervaartuig
Ingeval een particulier een verzoek om een Verklaring van een pleziervaartuig heeft ingediend (zie bijlage 2) doet u het volgende:
Als blijkt dat op het pleziervaartuig Nederlandse omzetbelasting drukt (eventueel moeten ook de rechten bij invoer zijn geheven en niet zijn terugbetaald), doet u het volgende:
Als u wordt verzocht tot het afgeven van een Verklaring voor een pleziervaartuig, gaat u als volgt te werk:
-
Vul de verklaring (zie bijlage 3) in.
-
Voorzie de verklaring van:
-
een afdruk van een stalen dienststempel;
-
uw handtekening;
-
een afdruk van uw naamstempel.
-
-
Voorzie de overgelegde handelsfactuur en bescheiden (koopovereenkomst, scheepsdocument, verzekeringsbewijs) van een aantekening dat de verklaring is afgegeven.
Renseigneren
Na afgifte van de verklaring doet u het volgende:
-
Maak een renseignement op voor de omzetbelasting (kopie verzoek verklaring, kopie verklaring met kopie overgelegde handelsfactuur en andere bescheiden (koopovereenkomst, scheepsdocument, verzekeringsbewijs)).
-
Stuur het renseignement naar de belastingkantoren waaronder de particulier en de handelaar (scheepswerf/makelaar) ressorteren.
-
Als de particulier en/of handelaar (scheepswerf/makelaar) in een andere lidstaat van de Unie zijn gevestigd, stuur dan het renseignement via Belastingdienst/Douane Informatie Centrum naar de autoriteiten van die lidstaat.
-
Archiveer een kopie van de renseignering zoals in punt 1 hiervoor is bedoeld.
5.7 Pleziervaartuigen komende vanuit een derde land
Als een pleziervaartuig door een particulier of onderneming het douanegebied van de Unie wordt binnengebracht en als terugkerende goederen wordt aangegeven kan het pleziervaartuig in het vrije verkeer van de Unie worden gebracht. Het volgende moet worden aangetoond:
-
het pleziervaartuig is eerder uit het vrije verkeer van de Unie uitgevoerd;
-
op het pleziervaartuig drukt omzetbelasting, dat wil zeggen dat er omzetbelasting over betaald is die niet in aftrek is gebracht of teruggegeven.
Renseigneren
Ingeval van twijfel doet u het volgende:
-
Maak een renseignement op voor de omzetbelasting (kopie overgelegde handelsfactuur en kopie andere bescheiden (koopovereenkomst, scheepsdocument, verzekeringsbewijs));
-
Stuur het renseignement naar de belastingkantoren waaronder de particulier of de ondernemer en de handelaar (scheepswerf/makelaar) ressorteren.
-
Als de particulier of de ondernemer en/of handelaar (scheepswerf/makelaar) in een andere lidstaat van de Unie zijn gevestigd, stuur dan het renseignement via Belastingdienst/Douane Informatie Centrum naar de autoriteiten van die lidstaat.
-
Archiveer een kopie van de renseignering zoals in punt 1 hiervoor is bedoeld.
5.8 Pleziervaartuigen in een andere lidstaat nieuw aangeschaft
Voor een pleziervaartuig dat in een andere lidstaat van de Unie nieuw is aangeschaft door een particulier die in Nederland
is gevestigd, geldt het bestemmingslandbeginsel. Dit houdt in dat de omzetbelasting wordt voldaan in de lidstaat waar de koper
van het vaartuig is gevestigd. Het betreft een zogenaamde intra-communautaire levering. In dat geval moet de houder van het
pleziervaartuig een aangifte voor de omzetbelasting OB 97 indienen.
Wanneer u het aangifteformulier OB 97 moet behandelen doet u dit volgens de procedure die staat vermeld in het Boekwerk belastingen
van personenauto's en motorrijtuigen, onderdeel 2.00.00. Ten aanzien van de intracommunautaire verwerving van pleziervaartuigen
door ondernemers, heeft de Douane geen bemoeienis.
Als de houder van een pleziervaartuig aangifte voor de omzetbelasting heeft gedaan, moet het bewijs daarvan bij eventuele binnenkomst aan boord van het vaartuig voorhanden worden gehouden. Voor dit doel kan de houder u verzoeken om een gewaarmerkt kopie van de aangifte voor de omzetbelasting OB 97.
Als u wordt verzocht om afgifte van een gewaarmerkte kopie van de aangifte voor de omzetbelasting OB 97, voert u de volgende werkzaamheden uit:
-
Voorzie de kopie van:
-
een afdruk van een metalen dienststempel;
-
uw handtekening;
-
een afdruk van uw naamstempel.
-
-
Vermeld op het origineel dat u een kopie heeft afgegeven.