14.45.00 Vereenvoudigingen douanevervoer regeling Toegelaten afzender en Toegelaten geadresseerde
1 Inleiding
1.1 Algemeen
Het CDW en de TVo. CDW maken onderscheid tussen de:
-
standaard aangifteprocedure en
-
vereenvoudigde aangifteprocedure
De standaard aangifteprocedures is beschreven in van dit Handboek.
Dit onderdeel beschrijft de volgende twee vereenvoudigingen:
-
Toegelaten afzender bij vertrek van goederen die worden vervoerd met een aangifte voor intern of extern communautair douanevervoer
-
Toegelaten geadresseerde bij ontvangst van goederen die worden aangebracht met een aangifte voor intern of extern communautaire douanevervoer, (zie hoofdstuk 4 van dit onderdeel)
De aangifte voor douanevervoer moet elektronisch worden ingediend. Elke aangever, moet over een Vergunning elektronisch aangeven douanevervoer beschikken.
Wil een belanghebbende ook gebruik maken van de vereenvoudigde procedures bij vertrek en/of bestemming voor de douaneregeling communautair douanevervoer , dan moet hij voor elk van die vereenvoudigingen een aparte vergunning aanvragen.
Naar boven1.2 Doelgroep
De Vergunningen toegelaten afzender en toegelaten geadresseerde zijn vooral van belang voor:
-
exporteurs
-
Importeurs
-
houders van Vergunningen douane-entrepot type C, D of E en.
-
douane-intermediairs
1.3 Gebruik van de vergunningen voor meerdere locaties
Houders van de Vergunningen toegelaten afzender en toegelaten geadresseerde mogen meerdere locaties in hun vergunning laten opnemen. Op deze aangewezen locaties kan het vervoeraanvangen en eindigen.
Ook de douane-intermediair kan in zijn vergunningen meerdere locaties opnemen van zijn opdrachtgevers. Deze locaties kunnen ook plaatsen zijn waar entrepots zijn gevestigd, waarvan de vergunningen al dan niet op naam staan van zijn opdrachtgever.
Ongeacht wie de handelingen daadwerkelijk fysiek verricht op de aangewezen locatie, dus de goederen verzendt c.q. in ontvangst neemt, is de houder van de vergunning toegelaten afzender of geadresseerde verantwoordelijk voor het naleven van de procedures. .
Voorbeeld
Een houder van de Vergunning toegelaten geadresseerde draagt zorg voor het geven van een nieuwe douanebestemming aan de goederen. Dat betekent overigens niet dat hij ook zelf de aangever voor die nieuwe douanebestemming moet zijn.
Vergunninghouders moeten een administratie voeren waaruit blijkt wat de voorafgaande douanebestemming was c.q. of de goederen tijdig een opvolgende douanebestemming hebben gekregen. Anderzijds moet de persoon wiens regeling wordt beëindigd of die de opvolgende aangifte doet, in zijn administratie een verwijzing opnemen naar de vervoersaangifte.
De bedrijfsruimten en/of andere aangewezen locaties die in de vergunningen toegelaten afzender en geadresseerde worden opgenomen zijn zogenaamde aanvangs-/eindlocaties. In principe zal dus géén sprake zijn van verschuiving van een fysieke controle.
De Douane verleent vergunningen voor vereenvoudigingen in het douanevervoer alleen als de regelingen efficiënt en effectief kunnen worden gecontroleerd.
()
Naar boven1.4 Regeling Toegelaten afzender
De houder van de Vergunning toegelaten afzender kan onder voorwaarden, zonder tussenkomst van de Douane, zelf de volgende handelingen uitvoeren:
-
aangiften voor douanevervoer doen, zonder de goederen aan te brengen bij het douanekantoor ;
-
zelf verzegelen van vervoermiddelen of colli;
-
de goederen wegvoeren nadat deze zijn vrijgegeven voor de douaneregeling intern of extern communautair douanevervoer.
( t/m 400 TVo. CDW)
Aangiften voor douanevervoer worden door houders van de Vergunning toegelaten afzender altijd elektronisch gedaan, tenzij in de vergunning uitdrukkelijk is vermeld dat die van toepassing is op andere bescheiden die als aangifte voor douanevervoer mogen worden gebruikt, zoals scheeps- of luchtvaartmanifesten.
Om van de status van Toegelaten afzender gebruik te kunnen maken moet de belanghebbende over de volgende vergunningen te beschikken:
-
Vergunning electronisch aangeven douanevervoer (artikel 4 bis TVo. CDW).
-
Vergunning doorlopende zekerheidstelling c.q. ontheffing van zekerheidstelling voor douanevervoer van goederen met of zonder verhoogd frauderisico (artikel 398 TVo. CDW)
(zie onderdeel 14.41.00 van dit Handboek) -
Vergunning toegelaten afzender.
-
Eventueel een vergunning vereenvoudigde procedure Zee, Lucht en Spoor;
-
Vergunning gebruik verzegelingen bijzonder model.
Let op: voor bepaalde vervoersbewegingen en vervoersmodaliteiten is het stellen van zekerheid niet vereist (zie onderdelen 14.20.00 bijlage 1 en 27.00.00, hoofdstuk 6 van dit Handboek);
1.5 Regeling Toegelaten geadresseerde
De houder van de Vergunning toegelaten geadresseerde kan onder bepaalde voorwaarden, zonder tussenkomst van de Douane, zelf de volgende handelingen uitvoeren:
-
goederen in ontvangst te nemen op in de vergunning opgenomen bedrijfslocaties;
-
de verzegeling verwijderen tenzij er bijzondere omstandigheden zijn; (zie 4.2.)
-
de aankomst en controle resultaten inbrengen in het systeem Transit.
t/m 408 TVo. CDW
De vereenvoudigingen hebben geen betrekking op de zuiveringsprocedure. Een houder van de Vergunning toegelaten geadresseerde kan de regeling douanevervoer alleen beëindigen. Dit doet hij door de goederen met bijbehorende bescheiden in ontvangst te nemen overeenkomstig de voorwaarden en bepalingen die in de vergunning zijn gesteld.
Na het beëindigen van de regeling douanevervoer zuivert de Douane van het kantoor van vertrek de regeling.Dit doet men door
gebruik te maken van de resultaten van de controles die zijn uitgevoerd op het kantoor van bestemming.
Zie onderdeel Zuivering ()
Om van de status Toegelaten geadresseerde gebruik te kunnen maken moet de belanghebbende over de volgende vergunningen te beschikken:
-
Vergunning elektronisch aangeven douanevervoer;
-
Vergunning toegelaten geadresseerde.
Deze vergunningen mogen ook gebruikt worden als sprake is geweest van vervoer met de vereenvoudigde procedure, b.v. vervoer met niveau 2- procedure.
Naar boven