24.20.00 Douanevrijstellingen buitenlandse NAVO en EU-strijdkrachten

Naar boven

2.2 Begrippen Algemene douaneregeling

In de Algemene douaneregeling worden enkele begrippen gebruikt. Deze begrippen zijn noodzakelijk voor de ordening en systematisering van de fiscale privileges van de buitenlandse NAVO-strijdkrachten en het personeel van die strijdkrachten. Daarnaast zijn de begrippen opgenomen die zien op de buitenlandse EU-strijdkrachten en het personeel daarvan.

Onder deze begrippen wordt het volgende verstaan:

• buitenlandse NAVO-strijdkrachten:

a. in Nederland gelegerde buitenlandse land-, zee- of luchtstrijdkrachten van de staten die partij zijn bij het Noord-Atlantisch Verdrag, het NAVO-Statusverdrag of het Hoofdkwartierenprotocol;

(artikel 7:16a, onder c, ten eerste, Algemene douaneregeling en artikel I, lid 1, onder a, NAVO-Statusverdrag)

b. het Geallieerd Hoofdkwartier; en

(artikel 7:16a, onder c, ten tweede, Algemene douaneregeling, artikel 1, onder c, van het Hoofdkwartierenprotocol en artikel I, onder 3, van de Overeenkomst internationale militaire hoofdkwartieren)

c. andere buitenlandse NAVO-onderdelen, voor zover het NAVO-Statusverdrag of het

Hoofdkwartierenprotocol daarop van toepassing is.

(artikel 7:16a, onder c, ten derde, Algemene douaneregeling)

Met dit begrip wordt uitsluitend bedoeld de buitenlandse militaire organisatie van een NAVO-lidstaat in Nederland. Deze organisatie heeft een eigen fiscale rechtspositie, die los staat van die van de leden van haar krijgsmacht (militair personeel) en de leden van haar civiele dienst (burgerpersoneel).

• buitenlandse EU-strijdkrachten:

strijdkrachten van een andere lidstaat van de Europese Unie voor zover die in Nederland deelnemen aan een defensie-inspanning ter uitvoering van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid, bedoeld in titel V, hoofdstuk 2, afdeling 2, van het Verdrag betreffende de Europese Unie.

(artikel 7:27, lid 5, Algemene douaneregeling)

• personeel van buitenlandse NAVO-strijdkrachten:

a. een lid van de krijgsmacht: militair personeel verbonden aan een buitenlandse NAVO- strijdkracht. In dit onderdeel verder aangeduid als militair personeel.

(artikel 7:16a, onder d, ten eerste, Algemene douaneregeling, artikel I, lid 1, onder a, van het NAVO-Statusverdrag en artikel 3, lid 1, onder a, Hoofdkwartierenprotocol)

b. een lid van de civiele dienst: burgerpersoneel verbonden aan een buitenlandse NAVO- strijdkracht of deze vergezeld en in dienst is bij die strijdkracht. In dit onderdeel verder aangeduid als burgerpersoneel.

(artikel 7:16a, onder d, ten tweede, Algemene douaneregeling, artikel I, lid 1, onder b, van het NAVO-Statusverdrag en artikel 3, lid 1, onder b, Hoofdkwartierenprotocol)

Met het begrip personeel van buitenlandse NAVO-strijdkrachten is aangesloten bij het NAVO-Statusverdrag en het Hoofdkwartieren-protocol. Voor het buitenlands militair- en burgerpersoneel van buitenlandse NAVO-strijdkrachten geldt als voorwaarde dat zij voor de dienstuitoefening in Nederland zijn gestationeerd of werkzaam zijn om aanspraak te kunnen maken op de fiscale privileges.

Militair personeel met de Nederlandse nationaliteit dat is verbonden aan een Geallieerd Hoofdkwartier valt eveneens onder dit begrip, tenzij uitdrukkelijk anders is vermeld.

Het burgerpersoneel met de Nederlandse nationaliteit dat in dienst is van buitenlandse NAVO-strijdkrachten en dat de VV-status heeft, valt hier ook onder.

Onder personeel van buitenlandse NAVO-strijdkrachten valt ook militair personeel uit andere NAVO-lidstaten, dat in Nederland tijdelijk is gestationeerd of in Nederland werkzaam is op basis van uitwisselings- en detacheringprogramma’s en in het bezit is van een aan het NAVO-Statusverdrag ontleende rechtspositie.

• personeel van buitenlandse EU-strijdkrachten:

a. een lid van een buitenlandse EU-strijdkracht. In dit onderdeel verder aangeduid als militair personeel; en

b. een lid van het begeleidend burgerpersoneel van een buitenlandse EU- strijdkracht voor zover dat lid in Nederland die strijdkracht begeleidt. In dit onderdeel verder aangeduid als burgerpersoneel.

(artikel 7:27, lid 5, Algemene douaneregeling)

• gezinslid:

de echtgenote, echtgenoot en partner van een personeelslid van een buitenlandse NAVO-strijdkracht of kinderen, die van dat personeelslid afhankelijk zijn voor hun onderhoud. Deze gezinsleden zijn inwonend bij het personeelslid in verband met de stationering of de dienstuitoefening van dat personeelslid.

Voor dit gezinslid verklaart een NAVO-strijdkracht (Delegatieleider), dat deze de status heeft van ‘afgeleide NAVO-statusgerechtigde’ of ‘afgeleide Hoofdkwartierenprotocol- gerechtigde’ (Paris-Protocol-gerechtige).

Met dit begrip is aangesloten bij het NAVO-Statusverdrag en het Hoofdkwartieren- protocol. Voor het begrip ‘partner’ is ook aangesloten bij artikel 5a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen. Hiermee behandelt u een echtgenoot of echtgenote fiscaal gelijk met een duurzaam ongehuwd samenlevende voor wat betreft de uitvoering van het NAVO-Statusverdrag en het Hoofdkwartierenprotocol.

Of een gezinslid als zodanig kan worden beschouwd hangt af van de omstandigheden van het geval. Als een uitwonend kind i.v.m. studie een tegemoetkoming geniet, maar daarnaast ook een ouderlijke bijdrage ontvangt, kan dit uitwonende kind als gezinslid worden beschouwd. Het kind is namelijk voor zijn onderhoud afhankelijk van een personeelslid van de buitenlandse NAVO-strijdkracht.

(artikel 7:16a, onder e, Algemene douaneregeling, artikel I, lid 1, onder c, van het NAVO- Statusverdrag en artikel 3, lid 1, onder c, van het Hoofdkwartierenprotocol)

• commandant:

de bevoegde autoriteit van een buitenlandse NAVO-strijdkracht.

(artikel 7:16, onder f, Algemene douaneregeling)

In de Algemene douaneregeling zijn een aantal rechten van en verplichtingen voor de commandant van de buitenlandse NAVO-strijdkrachten opgenomen.

Begrippen die zien op specifieke vrijstellingen worden in het betreffende onderdeel opgenomen.

Naar boven