Vragen en antwoorden over Release 3 ICS2

Import Control System 2 (ICS2) is het geautomatiseerde proces van Binnenbrengen dat geldt voor de hele EU. Dit proces bewaakt de veiligheid van de buitengrens. Sinds 3 juni 2024 is release 3 van ICS2 in gebruik. Op deze pagina leest u wat de veelgestelde vragen zijn over deze release.

• Zijn er housefilers die al via Nederland getest hebben?

  Wij hebben nu nog alleen ervaring met housefilers in de 'lucht'. Dit proces verloopt goed.

• Kunnen wij hulp krijgen van de Nederlandse Douane als wij de ENS doen via een andere lidstaat?

  Nee. In dit geval kunt u uw vragen stellen bij de lidstaat waar u uw EORI-nummer hebt geregistreerd.

• Als wij ENS-berichten indienen via meerdere lidstaten, moeten wij dan voor elke lidstaat een Self Conformance Test uitvoeren?

  Nee, elk bedrijf voert de Self Conformance Test eenmalig uit. U hoeft dus niet voor elke lidstaat waar u ENS doet een Self Conformance Test uit te voeren.

• Is het nodig om een Self Conformance Test uit te voeren voor alle klanten van een IT-serviceprovider?

  Nee, dat is niet nodig. Elke IT-serviceprovider voert de Self Conformance Test eenmalig uit.

• Is er meer informatie beschikbaar over de certificaten die wij mogelijk kunnen gebruiken om berichten te versleutelen, zoals het eIDAS-certificaat?

  Ja, deze informatie is er. De informatie over het eIDAS-certificaat staat op de website van de Europese Commissie, onder Digital Certificates. Bij de vraag From which Certificate Authorities (CAs) an Economic Operator can issue its certificate for ICS2 message sealing (signing)? vindt u de informatie.

• Waar vind ik meer informatie over EORI-nummers en HS-codes?

  U vindt meer informatie in de memo Informatie over HS-codes en EORI-nummers.

• Waar vind ik meer informatie vinden over de ENS en ATO?

  U vindt meer informatie over ENS en ATO op de pagina ODB - Vergaderstukken ODB ICS2/Binnenbrengen 11 mei 2023.

• Waar vind ik de antwoorden van de Europese Commissie op veelgestelde vragen?

  De antwoorden van de Europese Commissie vindt u op de pagina FAQ.

• Ik ben houder van een lijndienstvergunning (RSS). Moet ik een aangifte tot tijdelijke opslag (ATO) indienen voor uniegoederen die in Nederlandse havens worden gelost?

  Tot 4 december 2024 doet u nog een ATO voor Uniegoederen volgens de huidige werkwijze. Vanaf 4 december 2024 stopt voor u de aangifteplicht. Dit omdat er vanaf uiterlijk 4 december om meer gegevens wordt gevraagd in de ATO. Maar dit niet geldt voor houders van lijndienstvergunningen (RSS).
  
  Portbase doet een dringend verzoek om ook na 4 december 2024 door te gaan met het insturen van masterdata naar het Port Community System (PCS). Deze data zijn belangrijk voor de ondersteuning van de geautomatiseerde havenprocessen en zorgen dat er minder vertraging is bij de logistieke afhandeling.
  
  Brengt u niet-Uniegoederen binnen de EU die niet onder een regeling douanevervoer vallen? Dan gelden de normale douaneformaliteiten bij binnenkomst. Hiervoor blijft de ATO-plicht gelden.

• Moet ik als aangever lege containers opnemen in de summiere aangifte bij binnenbrengen (ENS)?

  Dat hangt ervan of er een vervoersopdracht is voor de betreffende lege container. Is er een vervoersopdracht voor een lege container? Dan is sprake van een zogenaamde shippers owned container. Dat betekent dat u de lege container moet aangeven in ENS.
  
  Gaat het om containers die eigendom zijn van de vervoerder (rederij)? Dan bestaat er geen vervoersopdracht. Dit is een niet-shippers owned container of rederij-container. Dat betekent dat u deze containers niet hoeft op te nemen in de ENS.
  
  Hebt u een verplichting om een lege container aan te geven in een ENS? Dan moet u de container op house B/L-niveau aangeven. Vul in het veld fullness code ‘A’ in om aan te geven dat de container leeg is. Meer informatie leest u in Bijlage B, Titel II gegevenselement (g.g.e.) 1907 065 000 UVo.DWU.
  
  De verplichting en de ontheffing voor het verplicht indienen van een summiere aangifte bij binnenbrengen zijn vastgelegd in artikel 104 lid 1 letter f GVo.DWU.

• Moet ik als aangever lege containers opnemen in de aangifte tijdelijke opslag (ATO)?

  Ja, als aangever moet u alle lege containers die in Nederland worden gelost, aangeven in de ATO. Het maakt niet uit of er een vervoersovereenkomst bestaat voor de lege container.
  
  U geeft aan dat de container leeg is door in het veld fullness code ‘A’ in te vullen. Meer informatie leest u in Bijlage B, Titel II gegevenselement (g.g.e.) 1907 065 000 UVo.DWU.

• Maakt de Douane een verplichting aan voor de lege containers die in de ATO staan?

  Wij maken geen verplichting aan voor containers als in de ATO bij gegevenselement 19 07 065 000 met code ‘A’ staat aangegeven dat de container leeg is.

• Waar vind ik meer informatie over multiple filing en het hergebruik van ENS-gegevens in de ATO?

  U vindt meer informatie in de memo Multiple filing in de Entry Summary Declaration (ENS) en hergebruik van ENS-gegevens in de aangifte tot tijdelijke opslag (ATO).

Importeurs/kopers binnen de EU verantwoordelijk voor transport/douaneformaliteiten goederen van buiten de EU

• Zijn Nederlandse expediteurs/vertegenwoordigers verantwoordelijk voor het verstrekken van alle housegegevens?

  De indiener van de gegevens van de summiere aangifte bij binnenbrengen, is verantwoordelijk voor de ingediende gegevens overeenkomstig artikel 15 lid 2 onder a en b DWU (artikel 113bis lid 1 GVo.DWU). Als de aangever van de summiere aangifte bij binnenbrengen niet alle benodigde gegevens kan verstrekken, kunnen deze worden opgevraagd aan anderen die hierover beschikken en mogen verstrekken (artikel 127 lid 6 DWU).

• Kunnen Nederlandse expediteurs/vertegenwoordigers een agent in China vragen een deel van de gegevens aan te leveren in de STI?

  Dat kan. Als een andere persoon dan de aangever de vereiste gegevens voor de summiere aangifte bij binnenbrengen niet wil meedelen aan zijn contractuele partner, moet deze de vereiste gegevens zelf meedelen aan het douanekantoor van eerste binnenkomst (artikel 112 tot en met 113bis GVo.DWU).

• Wie wordt volgens de Douane als housefiler gezien?

  Er kunnen meerdere housefilers zijn voor de summiere aangifte bij binnenbrengen van eenzelfde zending. Bijvoorbeeld:

  • Master-filer (M) dient de master B/L gegevens van de summiere aangifte bij binnenbrengen in via een F12-bericht. M verwijst naar housefiler H1 die de house B/L gegevens van de summiere aangifte bij binnenbrengen aanlevert.
  • Housefiler H1 doet een housefiling van de summiere aangifte bij binnenbrengen met een F14-bericht. H1 geeft in de housefiling aan dat housefiler H2 ook een housefiling doet.
  • Housefiler H2 doet een housefiling van de summiere aangifte bij binnenbrengen met een F16-bericht.

Importeurs/kopers binnen de EU niet verantwoordelijk voor het transport/douaneformaliteiten van goederen van buiten de EU

• Moet de exporteur of diens vertegenwoordiger uit het derdeland, in geval van multiple filen, zelf álle housegegevens aanleveren in de STI?

  Bij multiple filing kan iedereen - anders dan de de aangever - die over de gegevens beschikt, deze aanleveren. Voor het uitvoeren van formaliteiten bij binnenbrengen in de Unie is het niet van belang wie verantwoordelijk is voor het transport/douaneformaliteiten van goederen die van buiten de EU komen. Er moet een summiere aangifte bij binnenbrengen worden gedaan. Dat gebeurt door een aangever middels full-filing (ook wel single-filing genoemd) of middels multiple filing.

• Wat als de carrier multiple filen niet toestaat en de importeur/vertegenwoordiger de housegegevens niet wil verstrekken?

  Dan is sprake van een onvolledige summiere aangifte bij binnenbrengen. Deze wordt dan niet door de Common Repository aanvaard. De carrier en de housefiler moeten in onderling overleg tot een oplossing komen.

• Hoe wordt omgegaan met goederen die voor vertrek nog niet zijn verkocht, waardoor de koper nog niet bekend is? Of als het gaat om een voorraadverplaatsing (waardoor er geen daadwerkelijke koper is), waardoor slechts een ‘loods of forwarder’ op de HBL staat.

  In de ENS moeten altijd de gegevens van de koper en de verkoper worden vermeld. Het gaat hierbij om gegevenselement 1308 000 000 (verkoper) en 1309 000 000 (koper). De koper is de laatst bekende entiteit aan wie de goederen worden verkocht. Als de goederen anders dan voor een aankoop worden ingevoerd, worden de gegevens van de eigenaar van de goederen verstrekt. Voor meer informatie zie: ODB - Vergaderstukken ODB ICS2/Binnenbrengen 11 mei 2023.

• Hoe wordt omgegaan met lading waarvan de Nederlandse expediteur als afhandelingsagent nog niet op de hoogte is gesteld voor vertrek?

  MBL wordt wel aan de NL expediteur als afhandelingsagent gericht, maar pas later na vertrek bekendgemaakt. Vaak pas nog later wordt de HBL aangeleverd. De aangever van de summiere aangifte bij binnenbrengen kan de Douane elektronisch verzoeken zijn aangifte te mogen wijzigen. Dit gebeurt door het versturen van een wijzigingsbericht in BUP Binnenbrengen. Wijzigen is niet meer mogelijk als de Douane:

  • de aangever in kennis heeft gesteld van een onderzoek of:
  • geconstateerd heeft dat de betrokken gegevens onjuist zijn, of:
  • de goederen inmiddels bij de Douane aangebracht zijn (artikel 129, lid 1 DWU en 188 UVo.DWU).

• Hoe weet de carrier dat alle informatie is aangeleverd?

  De summiere aangifte bij binnenbrengen moet de gegevens bevatten van de F-kolommen van Bijlage B GVo.DWU en UVo.DWU en moet overeenkomstig die bijlagen ingevuld zijn. Daarnaast kan de carrier in de STI aangeven in welke situaties hij een bericht wil ontvangen, bijvoorbeeld als de ENS wordt afgekeurd vanwege incompleetheid.