10.10.00 Alcoholvrije dranken
6 Limonade
6.1 Producten aangemerkt als limonade
De volgende producten worden aangemerkt als limonade (WVAD, artikel 9):
-
gezoete en aromatische dranken die kennelijk zijn bedoeld om onverwarmd te worden gedronken;
-
dranken waaraan geurstoffen of smaakstoffen zijn toegevoegd en die kennelijk zijn bedoeld om onverwarmd te worden gedronken;
-
alcoholvrij bier;
-
alcoholarm bier met een alcoholgehalte van niet meer dan 0,5% vol;
-
wijn, tussenproducten en overige alcoholhoudende producten met een alcoholgehalte van niet meer dan 1,2% vol;
-
vruchtenwijn waaruit de alcohol is verwijderd (alcoholvrije wijn). Wijn, tussenproducten en overige alcoholhoudende producten met een alcoholpercentage van niet meer dan 1,2 %vol. worden als limonade aangemerkt. Alcoholvrije wijn is dus een limonade. Uitsluitend ongegiste vruchtensap wordt aangemerkt als vruchtensap. Aangezien wijn een gegiste drank is, kan die niet als vruchtensap worden aangemerkt, ook al is de gevormde alcohol geheel of gedeeltelijk verwijderd;
-
alcoholvrije likeuren;
-
bepaalde alcoholvrije vloeibare voedingssupplementen, die als zodanig gereed zijn om als dranken te worden gebruikt (mits deze dranken geen van melk afkomstige vetstoffen bevatten met een gehalte aan melkvetten van 0,02%mas of meer waarin zich melkeiwit en melksuiker bevinden)
-
limonadesiropen;
-
weidranken, dat zijn dranken verkregen door vermenging van (van melk afkomstige) wei met vruchtensap en andere aromatische stoffen.
Het dorstlessend karakter van een alcoholvrije drank is geen zelfstandig criterium voor de vaststelling of het om 'limonade' gaat. In de Memorie van Toelichting op artikel 9 WVAD is deze term enkel gebruikt om een afbakening te maken tussen limonade en medicinale dranken.
De in de opsomming hiervoor genoemde producten gelden ook als limonade als ze worden aangeboden (WVAD, artikel 9, lid 2):
-
in vaste vorm of als concentraat in kleinhandelsverpakking;
-
in een verpakking die is bestemd voor afnemers die voor gebruik gerede limonade vervaardigen voor gebruik ter plaatse.
Bij limonade in vaste vorm of als concentraat in andere verpakking dan in vaste vorm in kleinhandelsverpakking of als concentraat in kleinhandelsverpakking (b.v. bulk) is (op dat moment) geen sprake van een alcoholvrije drank en dus geen verbruiksbelasting verschuldigd. Zodra die bulk/grootverpakkingen worden omgezet in verpakkingen voor consumptief gebruik (kleinverpakkingen) dan is er sprake van het vervaardigen van een alcoholvrije drank en dus wel verbruiksbelasting verschuldigd bij de uitslag of invoer.
Met verpakkingen die zijn bestemd voor afnemers die voor directe consumptie geschikte limonade vervaardigen voor gebruik ter plaatse kun je denken aan bijvoorbeeld de postmix apparaten. Binnen zo’n apparaat wordt uit de betrokken grondstoffen een alcoholvrije drank vervaardigd voor gebruik ter plaatse. Immers, je kiest bij zo’n apparaat voor een alcoholvrije drank waarna een bekertje of fles(je) wordt gevuld met je gekozen alcoholvrije drank.
De postmixapparaten moeten niet worden verward met de zogenoemde premixapparaten omdat die apparaten juist wel kant en klare alcoholvrije dranken bevatten.
Voor de herleiding van het volume van limonade in vaste of geconcentreerde vorm voor huishoudelijk gebruik naar het volume voor gebruik gerede limonade wordt de vaste factor 4 gebruikt (WVAD, artikel 10, lid 2).
Bevroren limonade
Ook niet-geconcentreerd limonade die tijdelijk is bevroren (veelal ter conservering), moet worden aangemerkt als limonade in de zin van de WVAD. Voor limonade (maar ook voor vruchten- en groentesap) in bevroren toestand wordt niet de in art 10, tweede lid van de Wet genoemde factor 4 toegepast voor de berekening van de belasting. Na het ontdooien ontstaat immers de gerede drank.
Onder vaste vorm als genoemd in art 10, tweede lid, van de Wet verstaat men o.a. de poeders en tabletten die na het aanlengen met water bestemd zijn om te worden gedronken.
Naar boven6.2 Producten niet aangemerkt als limonade
Niet als limonade worden aangemerkt:
-
de uit melk of melkproducten bereide drank met een gehalte aan melkvetten van 0,02% mas of meer, waarin zich melkeiwit en melksuiker bevinden, die niet uit wei of weiproducten vervaardigde dranken zijn. Ook concentraten die blijkens hun presentatie en/of verpakking alleen aangelengd kunnen worden met melk of melkproducten, worden niet aangemerkt als limonade;
-
de uit soja bereide drank met een vetgehalte en een eiwitgehalte die vergelijkbaar zijn met het vet- en eiwitgehalte van melk;
-
melk, karnemelk en dergelijke dranken, omdat deze geen gezoete of gearomatiseerde dranken zijn;
-
dranken die zijn bestemd om warm te worden gedronken, zoals koffie, thee en soep. Als dranken zowel warm als koud gedronken kunnen worden (zoals thee), speelt de presentatie en/of verpakking een rol bij de vraag of er sprake is van een limonade. Dat geldt ook als het dranken in geconcentreerde vorm betreft, zoals theepoeder;
-
medicinale dranken, zoals hoestdranken. Deze hebben het karakter van een medicijn dat in de vorm van een drank wordt aangeboden. Deze dranken dienen tenminste het karakter van een medicijn te hebben, kortom medicinale bestanddelen te bezitten;
-
slush-ijs: een ijs vervaardigd uit water, siroop en suiker, aangeboden in de vorm van ijsschaafsel.
6.3 Drank die zowel warm als gekoeld kan worden gedronken
Uit het arrest van de Hoge Raad van 13 juni 2003, nr. 37223, blijkt dat dranken die zowel koud als warm kunnen worden gedronken, ongeacht de mate waarin dat plaatsvindt, als limonade moeten worden aangemerkt
Naar boven